donderdag 18 december 2014

Column: Erwin’s zin en onzin - deel 58

Het uitkijkpunt van de Kale Jakob
EK-mascotte ADAM is het terrein nog amper af, of er meldt zich alweer een ander interessant gezelschap in het AvaCafé. Een groep enthousiastelingen, onder leiding van Theo Stronks, maakt zich op voor een heuveltraining in de bossen van het pittoreske, maar bovenal beruchte, Kilder. De gezusters Jeannet Schutte en Sabine Ikink uit Barlo zijn de twee vreemde eenden in de bijt. Het maffe duo maakt zijn debuut in de ‘heuveltrainingwereld’. De spanning druipt van de gezichtjes af. Continu hebben ze het hoogste woord, maar ik heb me laten vertellen dat ze dit altijd hebben, dus dit heeft niets met de spanning te maken. 

Als het gaat om heuveltraining in de Achterhoek, is Kilder the place to be. Iedereen kent de lange beklimmingen in Beek of de verraderlijke afdalingen in Lochem, maar de echte ‘Alpenreuzen van de Achterzoek’ kun je alleen vinden in Kilder. Beklimmingen met stijgingspercentages die in de Pyreneeën ondenkbaar zijn. De Beeklaan of de Oosterkerkstraat zouden in het Bergerbos in Kilder vallen onder de noemer: ‘zo vlak als een biljartlaken’.

Opvallend deze middag is de abnormaal hoge gemiddelde leeftijd. Dat ouderdom met gebreken komt, wordt al snel pijnlijk duidelijk. De atleten zijn nog amper uit de auto en bij iedere boom staat al een vijftig plusser met hoge nood. Deze wildplassers behoren volgens Wim Brinkman, zelf ook ruim over de vijftig, tot de prostaatclub. Het is lullig om de leden van deze club bij naam te noemen, dus ik houd het bij een beschrijving. Lid 1: woont in Dale, wordt ook ‘de sloffer’ genoemd en liep in november een marathon ergens in Zuid-Europa. Lid 2: heet Gerrit, is klein van gestalte en liep in november géén marathon in Zuid-Europa. Lid 3: Gerrit Ormel. Geert ‘Kiplagat’ staat op de wachtlijst van deze club, maar is nog niet toegelaten. Nu houd ik op met zeiken.  

Als de atleten de bospaden betreden wordt het al wat stiller, de wangetjes lopen rood aan en de ademhaling is bij menigeen duidelijk te horen. De heuvels worden steiler en  langer en de meeste atleten voelen al nattigheid. De kenners weten het. Het draait in het Bergherbos maar om één ding: De Kale Jakob. Een verschrikkelijke puist die ver boven de boomgrens uitsteekt. Op de flanken van deze klim is menig knieschijf gebroken, achillespees geknapt en hamstring afgescheurd.

Met satanisch genoegen stuurt Theo zijn atleten richting deze scherprechter van het Monterlandse hooggebergte.”Jullie hoeven maar één keer naar boven”, zegt de licht kalende trainer met een brede glimlach. Debutante Ikink is nog vol zelfvertrouwen voordat ze aan de beklimming begint: “Is dit alles?” Het is ieder voor zich. Geen man tegen man, of vrouw tegen vrouw gevecht, het is de atleet tegen de berg. Hoewel de berg vaak wint, zijn het nu de beresterke Ava-leden die aan het langste eind trekken. De één wat frisser (Erwin Wamelink) dan de ander (Gerrit Dijkslag), maar iedereen bereikt de top.

Als het ‘pact’ weer richting auto’s wil, krijgt Theo een black out. De reden is onduidelijk. Is het de ijle berglucht? De lage temperatuur? Of toch de drank van de vorige avond? De trainer die normaal alles zo strak onder controle heeft, is nu letterlijk en figuurlijk de weg kwijt. Uren lang dwaalt de groep door het immense bos. Normaal eindigt de training rond 15:30 uur, maar nu is het pikkedonker André Balke, die tegen alle regels in toch zijn korte broek heeft aangetrokken, bezwijkt bijna onder deze erbarmelijke kou. “Boontje komt om zijn loontje Balke!!”,  schreeuwt Hans Sielias geprikkeld. Even lijkt de boel te escaleren. Hans is al eens eerder verdwaald en hij heeft pas kort geleden zijn laatste sessie bij de psycholoog gehad. Enkele jaren terug vonden ze Hans na een heuveltraining in Lochem totaal uitgedroogd terug in de berm van een provinciale weg. 

Na ruim vier en een half uur zoeken komen de uitgewoonde hardlopers terug op de parkeerplaats. 38 kilometer;  geeft de Garmin van Sandra Wassink aan. Tonny Baten, die tijdens de training constant zat te klagen, springt een gat in de lucht wanneer hij de auto’s ziet. Deze vreugdesprong resulteert in kramp in beide benen. Theo is erg teleurgesteld in zichzelf. Dit is ook volkomen terecht.  

1 opmerking: