zondag 14 december 2014

Verslag van de Siebengebirgsmarathon in Aegidienberg (D)

Andre Bleumink (links) en Christian Reinders
Als trailrunners in Nederland zijn we nog al eens gefixeerd op wedstrijden in de Ardennen of Frankrijk. Daarbij vergeten we dus zomaar dat Duitsland eigenlijk veel dichter bij Oost Nederland ligt. Bovendien is niet alleen trailrunning er ontzettend populair, ze organiseerden er al zgn. Naturlaufen en Naturmarathons voordat er iemand de term trailrunning bedacht had. De Siebengebirgsmarathon in Aegidienberg (Duitsland) werd dit jaar bijvoorbeeld al voor de zestiende keer georganiseerd. Tijd om eens over de grens te gaan kijken. Helaas was mijn maatje Henrie geblesseerd, maar in Christian had ik een goede vervanger. Zondagmorgen om half zeven zaten we in de auto om naar Aegidiënberg te vertrekken. Een kleine twee uur rijden, ongeveer even lang als een ritje naar Olne in België bijvoorbeeld. Hoe verder we onderweg waren hoe mistiger het werd, dat beloofde niet veel goeds voor de prachtige uitzichten over heuvels van het Siebengebirge. Eenmaal aangekomen in het dorp was het even zoeken naar een parkeerplekje. Aangezien de populaire halve marathon een uurtje eerder begon waren alle normale parkeerplaatsen al bezet, maar in een achterafstraatje konden we nog terecht. 
We konden ons melden in het plaatselijke cultureel centrum, waar het een knusse en kleinschalige bedoening bleek. Precies zoals ik het graag zie. De koffie werd geschonken in een lekkere grote mok en evt. kon je er een zelfgebakken Kuchen bij nemen. Omkleden en de tassen achterlaten kon overal in de zaal of op de balustrade. Geen poespas en heel gezellig. De start was aan de andere kant van het dorp, bij de plaatselijke manege. Gezien de temperatuur van 1 graad en de mist bleef iedereen lekker binnen tot het laatste moment, maar in de laatste vijf minuten voor de start verzamelden zich toch nog meer dan 400 lopers om te beginnen aan hun marathon. We hadden afgesproken om in een rustig tempo samen te lopen, uitlopen was het enige doel. Na de start en een rondje door het dorp liepen we het bos in voor onze eerste lus. Deze voerde ons al vrij snel heuvel op. Niet erg steile hellingen, waardoor je wel kon blijven hardlopen, maar het vals plat sloopte langzamerhand je benen. Gelukkig zijn de heuvels niet heel hoog en volgde er dan altijd weer een lekker lange afdaling waar je de benen even kon ontspannen. Bij de top van de eerste heuvel werden we zelfs verrast met een klein laagje sneeuw, goed voor het Kerstgevoel zullen we maar zeggen.

Ook werden we ongeveer elke vijf kilometer getrakteerd op steeds weer een vriendelijke ontvangst door een enthousiaste verzorgingspost-crew met water, warme thee, sportdrank (en later in de wedstrijd ook op bananen en cola). Petje af voor deze vrijwilligers die de halve dag in de kou klaar stonden om iedereen te verzorgen en aan te moedigen. Ondanks alle goede zorgen, de thee en de mooie route had ik niet een super gevoel voor deze dag. De benen voelden niet helemaal top, ook niet slecht, maar ik had het gevoel dat ik steeds een beetje moest pushen. Liepen we te hard? Volgens mijn Garmin viel dat best mee. Had ik mijn periode van relatieve rust na de zomerpiek wat overdreven, waardoor ik niet zo getraind was als ik zou willen? Naweeën van mijn verkoudheid? Goed mogelijk, maar er was geen weg terug. En om uit te stappen was er voorlopig ook geen enkele reden. Gewoon verder en proberen zoveel mogelijk te genieten van het geweldige gebied. Langzamerhand begon immers de mist wat op te trekken, waardoor het zicht over de heuvels steeds beter werd.
De paden waren goed begaanbare bospaden, soms wat modderig, maar nooit echt glad. Op sommige stukken leek het parcours wel wat op dat van Olne-Spa-Olne, met lange bospaden omzoomd door dichte naaldhoutbossen die je doen denken aan de sprookjes van Grimm. Klaterende stroompjes door de regen en de smeltende sneeuw maakten het tot een bijzonder geheel. Na de eerste lus van een halve marathon waren we weer ongeveer bij de start en begonnen we aan de tweede ronde, dit was dan dezelfde ronde die ook door de halve marathon gelopen werd. Het tempo zat er nog steeds goed in. Ondanks de heuvels liepen we nog steeds vlot voor mijn gevoel, en vooral de lange vlotte afdalingen begonnen zoetjesaan mijn bovenbenen aan te vreten. Maar Christian had blijkbaar nergens last van en genoot duidelijk volop. Op tijd eten en drinken en gewoon doorgaan .
Van tevoren had ik gezegd dat we naar schatting rond 4:30 uur looptijd nodig zouden hebben en tot een km of 35 zaten we daar nog ruim onder. Daar waar in wegwedstrijden een man met de hamer staat te wachten, leek het bij mij meer op een bostrol die steeds wat energie uit mijn benen zoog. De lange afdalingen gingen eigenlijk nog steeds prima, maar de klimmetjes werden lastiger en langzamer. Ondanks dat was het moraal nog goed en bleven we om ons heen kijken naar mooie uitzichten en leuke details. Ook de ontmoetingen met andere lopers en de korte gesprekjes waren weer geweldig leuk. Sommigen kunnen stijgen en anderen kunnen dalen, en op die manier kun je dezelfde lopers wel een keer of tien weer achterop komen. Dat schept na een aantal keren toch een soort van band.
Na nog wat foto’s en veel grappen onderweg (vooral om wat afleiding te hebben tijdens de moeilijkere stukken) kwamen we uiteindelijk bij de laatste afdaling naar het dorp aan en ging het eigenlijk steeds naar beneden tot aan de finish. Op karakter en steeds proberend de looptechniek zo goed mogelijk te houden ging het tempo nog één keer omhoog. Bij de finish aangekomen werd het tijd voor onze laatste grap. Aangezien we onze startnummers op de rugzak hadden en we met het nummer naar voren moesten finishen, liepen we de laatste 30 meter naar de finish achteruit rennend. De fotograaf vond het wat minder, maar de speaker vond het in ieder geval een goede…
Tot onze verbazing bleken we in precies 4:30 uur bij de finish te zijn gekomen. Precies wat ik voorspeld had. Ondanks dat het geen topdag was dus toch een degelijke prestatie neergezet. Na even uitpuffen en ons omgekleed te hebben wilden we snel naar huis. Met wat geluk konden we dan toch nog lekker thuis eten met de kinderen. Een mega file en daarna nog wat klein oponthoud op de Autobahn gooide echter roet in het eten. De Chinees wist daar gelukkig wel raad mee… Alles bij elkaar een leuke niet al te drukke loop in een geweldig mooi gebied. En helemaal niet zo ver weg als je denkt. De organisatie en de vrijwilligers maken het helemaal af. Misschien wel een mooi gebied voor een trainingsweekend of zo. Je kunt hier een heleboel kilometers en hoogtemeters maken zonder een meter asfalt en dan ‘s avonds een lekker Duits biertje pakken in een Bierstube.
Andre Bleumink

Geen opmerkingen:

Een reactie posten