Apeldoorn Gelders-Overijsselse Cross - 8 december 2007 |
Als je met je zatte ballen denkt dat je net zo hard kunt fietsen als Tom Dumoulin is al vrij pijnlijk, als je vervolgens ook nog de sloot in fietst en een paar ribben kneust is ronduit gênant. Zo gezegd zo gedaan. Een mens doet domme dingen.
De keren dat ik tegen beter weten in aan de start van een hardloopwedstrijd heb gestaan, zijn niet meer op twee handen te tellen. Ik herinner me een crosswedstrijd in Apeldoorn, een jaar of tien geleden. De hele week had ik met koorts in bed gelegen. Vier dagen lang kreeg ik geen hap door mijn keel en ik geloof dat ik alleen aan vocht al 6 kilo was verloren. Dit weerhield mij er echter niet van om ‘gewoon’ aan het crossje deel te nemen. De ochtend van de wedstrijd was ik zo slap als drie uitgewrongen vaatdoeken. Ik liep met een sok in mijn mond door het huis om het geluid van hoesten te dempen. Pa en ma moesten natuurlijk ook denken dat ik weer de oude was. De wedstrijd werd, niet geheel verrassend, een fiasco. Puur uit gif duwde ik de jurytafel omver. Een lieve vrijwilliger van een jaar of 13 bood mij uit medelijden een mandarijntje aan. Zonder na te denken smeed ik het aangeboden stuk fruit het bos in. “Pleur op met die nep sinaasappel” snauw ik haar nog toe. Dit tot verdriet van de piepjonge vrijwilliger. Een mens doet gekke dingen.
Na een avondje doorhalen in Café de Driesprong leek het mij wel leuk om deel te nemen aan de tien Engelse mijl in Eibergen. Mama deed ook mee, net als veel van haar hardloopmaatjes. Als die c-lopertjes dat kunnen, doe ik dat ook wel effetjes. Gemakshalve sloeg ik het ontbijt maar over, want de shoarma van de avond daarvoor zat nog zo vast als een huis. Na een kilometer of tien sloeg in Eibergen het noodlot toe: hongerklop! Ik zag de wereld aan voor een doedelzak. Dat gun je niemand! Nou ja, bijna niemand... Gelukkig kon ik bij een toeschouwer nog een blikje cola uit de handen grijpen. Kruipend bereikte ik de eindstreep. De stoere praat – dat doe ik ook wel effetjes – was er wel af. Een mens doet domme dingen.
Afgelopen weekend, tijdens de halve marathon van Zwolle, was het niet anders. De hele week had ik al gruwelijk last van de ribben. Bij de Grachtenloop wilde ik het lichaam even testen. De klap op het stuur van begin die week was nog duidelijk merkbaar. Iedere stap was gevoelig. Als ik de eindstreep bereik, met stekende pijnen in het lijf, vertel ik iedereen dat ik wel weer aardig hersteld ben. In Zwolle ben ik weer zo fris als een hoentje garandeer ik ze. Op het moment dat ik ‘mister positivo’ uithang, weet ik zelf donders goed dat het niks gaat worden. Een half uurtje voor de halve marathon aanvangt, doe ik nog een poging tot een warming-up. De pijn is volgens mij alleen maar erger geworden. Gelukkig hebben Roy Mengerink en Hugo Rensink ook geen zin in een uitgebreide voorbereiding, dus ik kan het moment van lijden nog even uitstellen. Als we worden weggeschoten hoop ik nog even dat de adrenaline medicinaal werkt. Deze ijdele hoop wordt na de eerste kilometer de kop ingedrukt. Bij een kleine afdaling in een viaduct is het alsof er drie man met een moker op mijn borstkas rammen, een onprettig gevoel kan ik u zeggen. Na zeven kilometer is het klaar en ik trek mijn startnummer in één ruk van mijn shirt. Tien minuten later speld ik hem weer op, ik probeer het nog een keer maar na dertig meter weet ik genoeg, dit is een kansloze missie. “Gekneusde ribben? Oh dat kan wel acht weken duren”, hoor ik het EHBO-meneertje nog zeggen…. Een mens doet domme dingen.
Zolang je meer mooie dan domme dingen doet, mag je wat mij betreft domme dingen blijven doen... ;-)
BeantwoordenVerwijderenEn wie weet heb je wel rondgelopen met een gebroken rib! Rust en pijnstillers zou dan t beste zijn. Nou, herstel ze!
BeantwoordenVerwijderenKuuken!!...Levert wel weer een mooi verhaal op..
BeantwoordenVerwijderenJe vergeet nog de Herfstloop in Wehl te noemen.. of was ik daar ant kokhalsen int bos..😁
BeantwoordenVerwijderen