 |
| Cindy Brussé |
Ze noemt zichzelf geen topsporter maar Cindy Brussé traint zes dagen per week, gemiddeld twee uur per dag, naast haar baan van 36 uur. Ze eindigt in regionale kwart triatlons vrijwel altijd op het podium. Op nationaal niveau behoort ze bij de masters tot de top.
Tijdens wedstrijden geeft de
45-jarige triatlete alles. “Tot het uiterste, ja, tegen het verzuren aan”,
vertelt ze. “Het is de kunst om een heel hoog tempo zo lang mogelijk vol te
houden. Meestal heb ik na de finish een paar minuten nodig om bij te komen, zo
kapot kun je gaan. Het voldane gevoel als ik een mooie tijd heb neergezet maakt
alles goed!” Het vele sporten is compleet in haar leven verweven. Ze grijnst:
“Een dag zonder sporten kan wel hoor maar na twee dagen niets doen, nee, dan
voel ik me zo papperig. Dan moet ik echt weer aan de bak! Roken doe ik niet,
maar alcohol vind ik wel lekker. Een paar glaasjes per week gun ik mezelf!” Ze
vult aan: “Ik volg niet echt een speciaal dieet, ik eet gewoon alles. Wel neem
ik na een training eiwitshakes, daar herstellen je spieren sneller van.”
Mallorca
Elke vier weken werkt Cindy
een ander trainingsschema af, op maat gemaakt door Eric van der Linden, oud
olympisch triatleet. “Ik geef door hoeveel tijd ik heb om te trainen en met
welke wedstrijden ik meedoe. Daar past Eric het schema op aan”, legt Cindy uit.
“Dit jaar heb ik op Mallorca meegedaan aan een halve triatlon, daarvoor ging ik
op trainingskamp en sportte 26 uur per week. Ja, dat was best veel. De tijd die
ik neerzette was behoorlijk onder mijn richttijd, daar was ik dik tevreden
over. Ik werd zesde in mijn leeftijdsgroep. Volgend jaar doe ik weer een halve
triatlon, in Finland!”
Vakantie
Voor haar sport heeft Cindy
veel over, ook financieel. “Nee ik heb geen sponsoren. Een bewuste keuze, dan
heb ik ook geen verplichtingen!” Ze bezit vier tijdrijdfietsen, talloze
kleurrijke hardlooppakjes, een zwem-outfit, goede hardloopschoenen en de
verplichte fietshelm. Daarnaast is zij lid van drie sportclubs zodat ze ook
groepstrainingen kan doen. Cindy glimlacht: “Dat is gezellig, lekker kletsen
tijdens een lange duurloop of een wielerrit!” Zelfs op vakantie gaat het
sporten gewoon door: “Zijn we in de buurt van een meer dan is zwemmen
natuurlijk een optie. Bovendien is er aan wandelroutes geen gebrek, die leggen
wij dan hardlopend af…”
Vanaf haar achtste jaar sport
Cindy drie tot vier keer per week. “Ik ging op turnen en zwemles. Zwemmen vond
ik heel leuk, dus dat werd vanaf mijn achtste wedstrijdzwemmen. Op mijn
zestiende stopte ik met turnen, ik werd te lang. Door een vriend kwam ik in
aanraking met triatlon. Daarnaast zat ik op waterpolo en deed aan survival.
Acht jaar geleden zijn we verhuisd naar Aalten. De rust en de mooie omgeving,
het sprak ons geweldig aan. Door het survivallen hebben we de Achterhoek leren
kennen. Tijdens het lopen en fietsen geniet ik heerlijk van de natuur!” (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten