De aanpassingen van het hart aan inspanning zijn opvallend |
Wat gebeurt er door inspanning met het hart?
De aanpassingen van het hart
aan inspanning zijn opvallend. Er vindt een toename plaats van het aantal
hartspiervezels. Ook het aantal bloedvaatjes en de doorbloeding van met name de
linker hartkamer nemen aanzienlijk toe. Hierdoor kan het zogenaamde ‘sporthart’
ontstaan, waarbij met name de linker hartspierwand en de linker hartkamer
vergroot zijn.
Wat is het nut van de
aanpassingen van het hart aan inspanning?
Dit sporthart werkt veel
efficiƫnter dan het hart van niet getrainde mensen en is dus eigenlijk een
slimme aanpassing van het lichaam. Het hart is te vergelijken met een pomp en
door deze aanpassingen kan het slagvolume bij inspanning (het volume dat per
slag door het hart wordt rondgepompt) bij de sporter tot wel twee maal zo groot
zijn als dat van een ongetraind persoon. De rusthartslag kan hierdoor ook tot
wel twee keer lager zijn dan dat bij ongetrainde mensen, namelijk in de orde
van 40 sl/min. De verschillen kunnen echter groot zijn tussen individuen!
Doordat dit sporthart bij
inspanning veel meer bloed kan rondpompen, kan het zuurstoftransport naar de
spieren veel groter zijn. Dit is een belangrijke bepalende factor voor oa de
hardloopprestatie. Tijdens inspanning kan het aangepaste sporthart tot wel 40
liter/minuut bloed rondpompen! Dit is een factor 8 groter dan de normale 5 liter/minuut.
Om een sporthart te
ontwikkelen is het wel van belang om intensief te trainen, of te wel, de
hartslag moet significant verhogen (boven de 85% van de maximale hartslag)
tijdens een deel van de training. Dit kan al binnen 6 weken zorgen voor een daling
van de rusthartslag.
Is het hebben van een
sporthart schadelijk?
Nee! Een sporthart is een
normale aanpassing van het lichaam aan de eisen die eraan gesteld worden. Dit
kan geen kwaad. Het hebben van een zeer lage rusthartslag past bij een
sporthart en is niet zorgwekkend. Wanneer er echter klachten zijn van duizeligheid,
vage vermoeidheid, hartkloppingen, pijn op de borst etc, is er wel reden tot
zorg en is een bezoek aan de huisarts of verwijzing naar de sportarts voor
verder onderzoek gerechtvaardigd. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten