woensdag 12 augustus 2020

Zijn hardlopers doodlopers?

Zijn er bepaalde persoonlijkheidskenmerken aan te wijzen die ervoor zorgen dat sommige hardlopers de finish van een wedstrijd niet halen?
Zweedse onderzoekers interviewden hardlopers die tussen 2010 en 2017 van start gingen in een halve marathon en met een ambulance werden afgevoerd naar een ziekenhuis. Wat hebben deze personen gemeenschappelijk?

Zijn hardlopers doodlopers?
Exacte cijfers ontbreken. Naar schatting overlijden in Nederland jaarlijks tussen de 200 en 400 mensen tijdens het sporten als gevolg van hartfalen. Onbekend is hoe vaak dat tijdens hardlopen gebeurt. De meeste risicofactoren zijn bekend: roken, diabetes, hoge bloeddruk, hoog cholesterolniveau, aderverkalking, overgewicht of weinig beweging. Ook erfelijke factoren spelen een rol, evenals de temperatuur en de luchtvochtigheid. De onderzoekers, verbonden aan de Universiteit van Gotenburg, vroegen zich af of er misschien bepaalde persoonlijkheidskenmerken waren aan te wijzen bij hardlopers die na de start van een halve marathon niet aan de finish, maar in het ziekenhuis terecht kwamen.

Heeft het te maken met een te hoge bloeddruk?
Ze probeerden daar achter te komen door 28 deelnemers aan de halve marathon van Gotenburg, die tijdens de race in elkaar zakten en naar het ziekenhuis werden gebracht, uitgebreid te interviewen. Heersend vooroordeel is dat deze hardlopers simpelweg niet fit genoeg zijn om een dergelijke inspanning te leveren. Dat beeld werd door de interviews niet bevestigd. Wel bleek dat 41 procent van deze hardlopers een hoge bloeddruk had, of bloeddrukmedicatie slikte en dat 24 procent van hen op betrekkelijk jonge leeftijd een hartaanval of een beroerte had. Veel hardlopers hadden echter geen medische historie.

Waarschuwingssignalen om niet te negeren
De problemen kwamen voor de meeste geïnterviewde hardlopers niet als een donderslag bij helder hemel. Ze gaven aan dat ze, voordat ze in elkaar zakten, waarschuwingssignalen hadden ervaren. Zo voelde 61 procent van hen zich opvallend moe, en voelde de helft zich duizelig. Andere signalen die genoemd werden zijn misselijkheid, verwardheid, moeite met zien, dorst, kramp, hoofdpijn en nervositeit.

Finishtijd voor ogen
Zonder uitzondering hadden de 28 geïnterviewden die alarmbellen genegeerd. Meestal werd dat gedaan omdat ze hun tempo niet wilden laten bepalen door hoe ze zich voelden, maar door andere factoren. In ruim 90% van de gevallen was dat omdat ze een finishtijd voor ogen hadden die ze koste wat kost wilden behalen of overtreffen. Soms speelde de ervaren druk van andere sporters om toch maar door te gaan een rol.

Conclusie
De onderzoekers concludeerden: 'Zonder uitzondering omschreven deze 28 hardlopers zich als koppige, ambitieuze en gedisciplineerde personen. De meeste van hen beoordelen hun prestaties op basis van cijfertjes, zoals het aantal gelopen kilometers, de hartslag, of de tijdsduur. Het lijkt erop dat deze lopers niet kunnen beslissen om hun strijd te staken, ook al voelen ze zich uitgeput. Ze ervaren de signalen, zoals pijn of duizeligheid, maar zijn niet in staat om die op de juiste waarde te schatten en op basis van hun gevoel de snelheid aan te passen.' (bron)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten