De Olympische atletieksuccessen in beeld

Acht Olympische atletiek medailles bij de Olympische Spelen in Tokio

De Olympische Spelen van Tokio waren allesbehalve normaal. Maar ze zullen voor Nederland vooral de geschiedenis in gaan als de meest succesvolle Spelen ooit. De atletieksuccessen sprongen het meest in het oog met in totaal acht Olympische medailles op de teller!

Nederland eindigt in het medailleklassement op de zevende plaats in Tokio. Dat betekent ook de hoogste klassering ooit. De Nederlandse ploeg laat grote sportlanden als Frankrijk, Duitsland, Italië en Spanje achter zich. Wanneer er wordt gekeken naar het aantal medailles per inwonersaantal staat Nederland zelfs op een tweede plaats, zwemgigant Australië bezet de eerste plaats.

Recordaantal medailles

De acht medailles voor de Nederlandse atleten is eveneens een recordaantal. Het oude record stond op zes en dateerde van 1948 toen de Spelen in Londen werden gehouden.

Fanny Blankers-Koen bezorgde Nederland in 1948 vier gouden medailles en Wim Slijkhuis pakte twee keer brons. Op de vorige Spelen in Rio de Janeiro was er één keer zilver: Dafne Schippers werd tweede op de 200 meter. Dat was toen de eerste Nederlandse atletiekmedaille sinds het goud van Ellen van Langen in 1992.

Het aantal van acht atletiekmedailles is ook op een andere manier bijzonder. Daarmee evenaart de atletiekploeg namelijk het recordaantal Nederlandse medailles in één sport tijdens een editie van de Zomerspelen. In 2000 pakte de zwemploeg ook acht medailles, waarvan vijf goud. Behalve de acht medailles noteerde de atletiekploeg ook nog eens 12 finaleplaatsen plus onnoemelijk veel nationale records en pr’s.

De acht atletiekmedailles in beeld

1. Sifan Hassan

Sifan Hassan schreef historie door een medaille te pakken op drie individuele onderdelen:

Brons op de 1500 meter in een tijd van 3:55.86 minuten

Goud op de 5000 meter in een tijd van 14:36.79 minuten

Goud op de 10.000 meter in een tijd van 29:55.32 minuten

Sinds 1988 lukte het niemand dat te bewerkstelligen.

2. Femke Bol

Ook Femke Bol wist iets te presteren wat nog nooit werd gedaan door een Nederlandse atleet: een medaille winnen op de 400 meter horden (brons) in een Europees record: 52.03 seconden. En dat als 21-jarige debutant!

3. Anouk Vetter

Twee jaar geleden belandde Anouk Vetter in een diep dal. Ze had geen plezier meer in topsport en leek de atletiek vaarwel te zeggen, maar na een periode van rust en reizen hervond ze zichzelf. Na haar Europese titel in Amsterdam (2016) en haar bronzen medaille op het WK van Londen (2017) schreef Vetter in Tokio haar derde medaille op een groot eindtoernooi bij: zilver op de Olympische zevenkamp met een puntentotaal van 6689.

4. Emma Oosterwegel

Als debutante op de Olympische Spelen een medaille winnen is al razend knap, maar een bronzen medaille op de zevenkamp is des te knapper. Emma Oosterwegel noteert 6590 punten in haar Olympische zevenkamp en dat levert haar de bronzen plek op. Nog nooit won Nederland een medaille op de zevenkamp en nu ineens twee. De beste olympische prestatie van een Nederlandse atleet op dit onderdeel - vóór Tokio – was een achtste plaats in Beijing 2008 van Jolanda Keizer. Deze prestatie werd door zowel Oosterwegel als Vetter verpulverd.

5. Abdi Nageeye

Abdi Nageeye trad in de nacht van zaterdag op zondag in de voetsporen van Gerard Nijboer. Gerard Nijboer won in 1980 ook zilver op de olympische marathon in Moskou. Nu, 41 jaar na dato, deed Abdi Nageeye hetzelfde: een zilveren medaille veroveren op de Olympische Spelen. Zijn tijd? 2:09.58 uur.

6. 4x400 estafette ploeg (mannen)

Op de 4x400 meter behaalde TeamNL zelden een olympische finale, laat staan dat er kans was op eremetaal. Maar dit jaar was alles anders: er werd door de mannenploeg vier seconden van het Nederlands record afgesnoept. Nederland finishte als tweede in een nieuw nationaal record van 2:57.18 minuten, achter grootmacht de Verenigde Staten. Een unieke prestatie in Nederland, want op de 4x400 meter werd nog nooit een medaille gewonnen.