vrijdag 22 maart 2024

10 tips voor je eerste marathon

De voorbereiding voor de marathon vraagt toewijding
Wil jij ook wel eens een marathon lopen, maar weet je nog niet precies hoe je dat aan moet pakken? Wij hebben tien tips waar je zeker je voordeel mee kunt doen!

1. Kijk kritisch naar je gestelde doel.

Heb je voldoende tijd om te trainen? De voorbereiding voor de marathon vraagt toewijding. Er is de fysieke uitdaging van de omvangrijke trainingen maar ook de mentale uitdaging om die trainingen te combineren met je werk, gezin en sociale leven. Ga uit van minstens 4 a 5 trainingen per week met duurlopen tot wel 3 uur.

2. Laat je adviseren over een geschikt trainingsschema.

Op internet zijn legio schema’s te vinden maar die gaan uit van een gemiddelde loopster. Kijk ook naar andere trainingsvormen die je wellicht nodig hebt; de een heeft meer behoefte aan extra fiets-, zwem- of krachttrainingen dan de ander.

3. Selecteer een marathon die bij je past.

Loop je graag in de natuur met zachte achtergrond of wordt je het liefst aangemoedigd door zoveel mogelijk mensen. Ben je van je eigen trainingsrondje gewend aan een glooiend parkoers en bereid wat heuveltraining in je programma op te nemen? Of liever zo snel en vlak mogelijk? Houd je van zware omstandigheden Of vind je het belangrijk dat de marathon in je eigen omgeving is? Maak een lijstje van je prioriteiten en kies aan de hand daarvan jouw eerste marathon.

4. Vertel mensen om je heen over je goede voornemen om de marathon te lopen.

Niet alleen kun je rekenen op heroïsche verhalen van andere marathonlopers, het respect dat je ten deel zal vallen kan je motiveren om vol te houden. Mocht je, om wat voor reden dan ook, toch niet van start kunnen gaan dan begrijpen deze mensen je teleurstelling wellicht ook beter; ze weten immers dat je het doel had gesteld.

5. Waarschijnlijk krijg je 100-en-1 tips van oud-marathonlopers.

Hoor alles rustig aan en besluit zelf wat je waardevolle informatie vind of niet. Geen marathon én geen mens is hetzelfde dus je zult zelf moeten (en mogen) ervaren wat voor jou het beste werkt; qua training, qua voeding en alle randzaken die daarbij komen kijken.

6. Kijk kritisch naar je voeding en vocht en laat je desnoods adviseren door een voedingsdeskundige.

Een marathontraining betekent in veel gevallen een toename van het aantal trainingsuren. Zelfs als je ook wat kilo’s af wilt vallen is het belangrijk dat je voldoende energie (en in de juiste vorm) binnenkrijgt om de trainingen goed te kunnen volbrengen en nog belangrijker, goed te herstellen en gezond te blijven.

7. Begin nu al met oefenen om te drinken (en eventueel te eten) tijdens de marathon.

Hoeveel je verliest aan vocht kun je bepalen door je een aantal keer voor en een training te wegen. Het verschil na een uur trainen kan 200 ml, maar ook 1500ml zijn. Al drinkend lopen is niet gemakkelijk als je dit niet gewend bent maar is zeker te trainen. Kies bij voorkeur de sportdrank die ook geschonken wordt tijdens jouw marathon zodat je kunt wennen aan de smaak en je maag de drank straks herkent. Op de website van elke bijna marathon staat aangegeven welke sportdrank ze gebruiken.

8. Bepaal ruim van tevoren met welke schoenen, sokken en outfit je de marathon wil gaan lopen.

Het is niet verstandig om een paar weken van tevoren nog van schoenen te veranderen. Kijk of je schoenen nog zeker drie maanden vooruit kunnen (schoenen gaan ongeveer 1000km mee). Liever twee paar schoenen die je allebei kunt dragen dan een paar dat aan het eind van je marathon ook aan het eind van zijn Latijn is. Probeer je outfit al een paar keer uit tijdens lange trainingen; schuren ze nergens of voel je irritante naadjes? Na 40km worden kleine ongemakken behoorlijk uitvergroot.

9. Je doel kan zijn om de marathon uit te lopen.

Je kunt ervaren hoe het is zo’n afstand te lopen en onderweg de tijd te nemen om te genieten van de omgeving en het publiek. Ga je voor een bepaalde eindtijd, kies dan een tempo dat zowel uitdagend als haalbaar is. Op internet zijn veel schema’s te vinden die je eindtijd voorspellen aan de hand van je tijd op een halve marathon. Een veelgebruikte methode is om deze tijd met twee te vermenigvuldigen en daarbij 10 minuten op te tellen. Loop je de halve marathon in 2 uur dan zou je de marathon binnen de 4.15 moeten kunnen lopen…. In theorie. In de praktijk blijkt dat deze berekende eindtijd vaak niet haalbaar is. Beter is wat rustiger weg te gaan en het tweede deel van je wedstrijd te versnellen als je nog wat over hebt. Mocht er onverhoopt iets tussen komen, een blessure, een belangrijke gebeurtenis, een vakantie kijk dan realistisch naar je gestelde doel. Ook weersomstandigheden (erg warm of warm, veel wind) kunnen ervoor zorgen dat je jouw eindtijd wat bij moet stellen. Het kan zelfs zijn dat je het lopen van de marathon nog even uit moet stellen. Alleen al in Nederland worden elke maand een paar marathons gehouden. Beter is je dan aan een andere marathon deel te nemen dan koste wat kost toch van start te willen gaan. Een blessure loop je gemakkelijk op, ervan afkomen is vaak een heel ander verhaal.

10. Geniet: Van je omgeving

(die je steeds beter leert kennen met al die kilometers), van de vooruitgang in je conditie, van de spanning die bij een marathon komt kijken en van de strijd die je aangaat met niemand minder dan jezelf! All it takes is all you’ve got! (bron)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten