zaterdag 6 januari 2024

Lusjes maken in de Taunus

Bianca en Angelique

Begin januari is altijd een lastige tijd om je te motiveren om de deur uit te gaan voor een training. Zeker als je, zoals deze winter, steeds in het donker moet trainen en minstens drie keer in de week nat regent. Een trainingskamp op Lanzarote spreekt dan enorm tot de verbeelding… Een goed alternatief is gewoon een dikke stok achter de deur in de vorm van een ultraloop begin januari, dan moet je wel naar buiten. We hebben daarom inmiddels al meerdere keren meegedaan aan de Taunustrail in Duitsland. Bert Kirchner en zijn vrouw organiseren in het gebied ten oosten van de Eiffel elk jaar een mooie kleinschalige Einladungslauf. Hierbij zijn ze er in geslaagd om ieder jaar weer een compleet nieuw parcours te gebruiken om zo steeds een nieuw gedeelte van de streek te promoten. Dit jaar mochten we starten vanuit het gehucht Wisper, ergens in the middle of nowhere…

We vertrokken vrijdagmiddag al met ons zessen naar onze accommodatie in Taunusstein. Henrie had een onderkomen geregeld en gereserveerd bij een restaurant. Bij aankomst in Taunusstein was het even zoeken naar de ingang van Small Perl 2, maar na een appje naar de contactpersoon ging de deur open en liet een vage Rus ons binnen. Zijn auto en voordeur behangen met bordjes ‘Jesus Loves You’, dus we dachten dat we wel veilig naar binnen konden. Gelukkig bleek de bovenste verdieping met onze kamers keurig schoon en netjes. Maar over smaak valt niet te twisten, dat was ons wel duidelijk. Wie het interieurdesign gedaan had was onduidelijk, maar waarschijnlijk was die inmiddels wel failliet… En de kachel mocht ook meteen wel een graad of drie terug.

Na onze spullen uitgepakt te hebben en een eerste drankje genuttigd te hebben mochten we een wandeling door het dorp maken, op zoek naar het Spaanse tapas restaurant. Het restaurant bleek verscholen te gaan achter een oerduitse vakwerk gevel, maar binnen werden we hartelijk ontvangen door de eigenaar en zijn vrouw. De kaart snapten we niets van, maar de eigenaar wilde wel wat lekkere hapjes voor ons regelen en binnen de kortste keren stond de hele tafel vol met lekkers. De stemming zat er goed in. De gesprekken gingen weer heerlijk helemaal nergens over en we lachten wat af. Verdere details zullen wel nooit bekend gemaakt worden en misschien is dat maar beter ook. Maar het was werkelijk een top avond. De eigenaar was zelfs zo tevreden over de omzet dat hij ons trakteerde op een stevige borrel voor we weg mochten.

Na een goede nachtrust ging om half zeven de wekker al weer. Opstaan, loopspullen aan, ontbijten en opruimen. We moesten nog in het donker eerst een stuk de rimboe doorrijden om bij de start te komen. Wisper is een gehuchtje in de heuvels, met een vrijwillige Feurerwehr die ons gebruik liet maken van hun gebouw. Dat was zowel de start en finish plek als ook de verzorgingspost voor tussen de drie lussen die we gingen lopen. Daarnaast konden we er ook onze spullen kwijt zodat we onze rugzakken konden bijvullen voor we een volgende ronde in gingen. Dat scheelde weer mooi sjouwen.

Bij het eerste licht stond er een groep van zo’n vijftig lopers klaar voor de start. Na een kort praatje konden we op pad. Gezien de drie graden vorst bij de start hadden we ons goed aangekleed. Een beetje te bleek al snel, na een minuutje of tien besloten we even te stoppen om wat uit te doen. Eric en Henrie liepen door, we zouden ze wel weer inhalen dachten we. Al kletsend kregen Wouter, Angelique, Bianca en ik het voor elkaar een afslag te missen waardoor we opeens aan de verkeerde kant van de rivier stonden. Maar aangezien deze niet meer was dan een snelstromend slootje dachten we sneller over te kunnen steken op een geschikte plek dan terug te lopen. Dat lukte uiteindelijk ook (met droge voeten), maar uiteindelijk haalden we Henrie en Eric niet in voor we de eerste ronde er op hadden zitten.

Het was eigenlijk prima weer om te lopen. Koud maar droog en weinig wind. De grond was hard bevroren, maar je kon zien dat het kort geleden nog flink nat en zompig was geweest. Dan is hard bevroren ondergrond toch wat fijner lopen, zelfs met alle hobbels en bobbels die steeds dreigden je enkels om te laten zwikken. Het parcours voerde over allerlei bospaden en heuvelop en af. Gelukkig wist mijn GPS handheld de weg te vinden, je zou er anders gruwelijk verdwalen…. We genoten volop van de uitzichten maar mochten ook regelmatig over en onder omgevallen of omgezaagde boomstammen klauteren. Het bosbouwseizoen was blijkbaar in volle gang.

Aan het eind van de eerste ronde kwamen we Eric en Henrie weer tegen, maar die waren net klaar met hun pauze en klaar om te vertrekken voor de tweede ronde. We dachten (alweer) dat we ze wel zouden inhalen en lieten ze dus rustig gaan. Even wat eten en drinken, sanitaire stop en we liepen weer. In de tweede ronde troffen we nog veel meer boomstammen aan die als een soort reuzen mikado spel over de weg lagen. Een uitdaging op zich. Ook waren er diverse plekken waar de plassen hard bevroren waren. Ik kreeg het voor elkaar om een slapstickachtige uitglijer te maken op een ijsplaat, hierbij deukte mijn ego behoorlijk en ook mijn dij werd versierd met een enorme blauwe plek in aanleg.

Ergens op een heen en weer lus langs een riviertje kregen we Eric en Henrie nog in zicht, maar die liepen eigenlijk net zo vlot (of langzaam) als ons, waardoor we maar niet dichterbij kwamen. De stemming zat er bij ons nog steeds goed in en de route was echt geweldig. De heuvels begonnen echter wel hun tol te eisen en Angelique besloot dat twee rondes wel genoeg waren voor haar. Uiteindelijk bleek dat, eenmaal weer terug bij de Feuerwehr, ook gewoon een marathonafstand te zijn. Ook zeker niet kinderachtig met meer dan 1200 hoogtemeters.

Eric en Henrie waren er ook en wel pleegden even een overleg over wat we gingen doen. Henrie wilde nog wel beginnen aan de derde ronde, maar dan mogelijk iets inkorten. Wouter, Bianca en ik besloten met Henrie mee te gaan op dit laatste rondje en pakten nog snel even wat eten drinken. Daarnaast ging de koplamp op want de kans dat we voor donker terug zouden zijn was maar heel klein. Eric en Angelique vonden het echt wel genoeg en bleven lekker binnen bij de warme kachel op ons wachten.

De laatste ronde stond meer in het teken van afzien dan de eerste twee rondes. Aangezien we al zo’n 1200 hoogtemeters hadden gehad in de eerste twee rondes was dat niet zo gek. De bovenbenen begonnen wat te protesteren en de energie liep ook wat terug. Bijkomend probleem was dat drinken moeilijk was doordat het zo koud was dat het bijna pijn in je buik deed. In de derde ronde hadden we ook een paar flinke klimmen zitten die steevast gevolgd werden door mooie lange afdalingen waar we weer even lekker konden rennen. Maar dan moest je wel eerst zo ongeveer op je tandvlees omhoog klimmen. Dat viel nog niet altijd mee.

Uiteindelijk werd het steeds donkerder en moesten de lampjes een keer aan, maar toen waren we al over de helft van de laatste ronde. Het werd ook snel kouder in het donker. We waren allemaal aardig aan het eind van onze energie en we hadden unaniem besloten om de afstand een paar kilometer in te korten door een stukje af te snijden. Bijkomend voordeel was dat we de laatste berg dan ook niet nog een keer op hoefden. Niet dat het laatste stuk naar de finish vlak was, maar het voelde alsof we meer daalden dan klommen en dat is altijd fijn. Bij de finish hadden we officieel dan een DNF voor de laatste ronde, dus werd onze officiële finish aan het eind van de tweede ronde geteld. De rest was bonus… Mijn Garmin gaf aan dat we zo’n 53 km hadden gelopen met bijna 1750 hoogtemeters. En zo voelden de benen ook wel, alsof er gesmolten kaas in de bovenbenen zat. Niet slecht voor even een zaterdagje buitenspelen!

Uiteraard waren de lokale inboorlingen al hoog en breed naar huis, daar valt niet tegen te lopen. De snelle mannen hadden de route in ongeveer de helft van onze tijd gelopen. Zelfs de lokale 65 plussers lopen ons er nog met gemak uit, maar daar zijn we wel aan gewend. Organisator Bert vindt het altijd weer knap hoe wij Flachländer toch steeds weer lachend over de finish komen en dan ook gewoon steeds weer terugkomen. Hoe dat kan vraag ik me ook de eerste dagen wel eens af als ik krakend van de spierpijn even de trap op en af moet, maar ergens verdwijnt die herinnering en denk je alleen terug aan het plezier en de mooie natuur. Tot volgende keer bij de Taunustrail dus Bert, misschien wel met nog meer gekke Holländer...(bron)

Andre Bleumink

Andre

1 opmerking:

  1. Diep respect voor jullie prestatie.
    Prachtig beschreven Andre.

    BeantwoordenVerwijderen