De AVA'70 marathon groep van 2016 |
Het is een fabeltje dat je een hele week rust moet houden voordat je van start gaat in je marathon. Vooral als je een meer dan goed getraind loper bent, kun je ook goed in die laatste twee weken trainen. De kern is dat je licht traint. Een paar echte rustdagen zijn goed maar dat betekent niet een hele week stilzitten.
Bij de toplopers is al te zien
dat de echte rustdagen in de tapering ingekort zijn in de laatste jaren. Dit
dringt nu ook door in schema’s voor de goed getrainde marathonlopers. Het gaat
niet om de loper die voor het eerst een
marathon loopt. Het is de ervaren loper die vier tot zes keer in de week
traint als voorbereiding op zijn of haar marathon.
2
echte rustdagen
Feitelijk heb je maar 2 of 3
echte rustdagen nodig vóór je marathon. Als je meer nodig hebt, dan heb je
waarschijnlijk in die week ervoor ergens té hard getraind. Door die paar
rustdagen sta je op scherp. Je bent helemaal fris en je hebt zin om met de
gespaarde energie van je rustdagen er tegenaan te gaan op de dag van de wedstrijd.
2
weken licht trainen
De periode van 2 weken voor je
marathon kenmerkt zich door regelmatig trainen maar wel licht. Je wisselt
langzaam en iets sneller tempo per training af. Je komt maar één keer in de
fase van duurloop 3 of zelfs iets sneller door een fartlek training.
Je doet in die week
bijvoorbeeld zes trainingen. De eerste drie dagen mix je langzaam en iets
sneller door elkaar. De tijden zijn niet langer dan 20 tot 30 minuten. Duurloop
1 en duurloop 2, dat zijn de zones waar je in loopt. In het midden van de week
gaat de intensiteit omhoog met een fartlek training die ongeveer een uur duurt.
De dag erna loop je bijvoorbeeld 20 minuten in duurloop 1 en geef je een korte
prikkel door 10 tot 15 minuten in duurloop 2 te lopen. Je loopt 15 minuten uit
in duurloop 1. Zaterdag pak je een rustdag. De zondag houd je een duurloop in
zone 1 van 130 minuten.
Dan begint het verdere
afbouwen. Maandag en dinsdag loop je kort, 20 tot 30 minuten. Vanaf woensdag ga je niet meer voorbij duurloop 1.
Je loopt nog een keer 30 minuten. De dag later 15 minuten en dan starten je 2
echte rustdagen. Daarna ga je van start in je marathon.
Licht
en makkelijk
Die laatste twee
trainingsweken zijn voor de getrainde marathonloper makkelijk. De periode met
veel kilometers is achter de rug. De trainingen voelen licht en makkelijk aan.
Misschien vind je de fartlek training nog even pittig. Dit is een periode van
lichte en verschillende trainingsarbeid maar je staat zeker niet stil in die
laatste week.
Uiteraard is het bovenstaande
een leidraad. Per loper verschilt wat het beste werkt. Dat zal je door je
ervaring weten en kunnen toepassen. Waarschijnlijk is het nog de zwaarste opgave om in die
laatste week de trainingen echt licht te houden. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten