Wees je ervan bewust dat elke verandering aan je natuurlijke manier van bewegen een blessurerisico inhoudt! |
Je kunt de snelheid waarmee je
loopt, en hoe dat oogt, niet los van elkaar zien. Snelle hardlopers zoals Eliud
Kipchoge, de wereldrecordhouder op de marathon, kunnen ogenschijnlijk zonder
veel moeite langdurig en met hoge snelheid hardlopen. Kipchoge heeft een mooie
loopstijl, en tjonge jonge, wat ziet dat er toch gemakkelijk uit. Hoe zit dat
bij jou? Hoe ziet jouw loopstijl eruit? En heeft het voor jou zin om te streven
naar die van Kipchoge?
De mechanica
Jouw loopstijl, hoe jouw
beweging oogt als je hardloopt, wordt bepaald door je looptechniek. Je kunt dat
zien als de mechanica van het hardlopen. Daarbij gaat het om zaken als het
aantal graden van de kniehoek, de voetplaatsing bij de landing, de beweging van
hoofd, romp en armen, de kracht van de afzet, paslengte en pasfrequentie, enzovoorts.
Het is een flinke waslijst en het is maar goed dat je dit alles tijdens het
hardlopen niet in de gaten hoeft te houden. Je lichaam regelt het wel, gelukkig
maar, want anders word je een duizendpoot die gaat nadenken over hoe zij moet
lopen: ze zal niet meer vooruitkomen.
Die mechanica is de manier
waarop jij beweegt als je hardloopt. Dat komt voort uit een lange reeks van
persoonlijke factoren. Je conditie, bijvoorbeeld. Als je moe bent, loop je
anders dan wanneer de benen fris en fruitig zijn. De snelheid waarmee je loopt
is een andere, zeer belangrijke factor. Ga maar eens vanuit een rustig
duurlooptempo versnellen tot je bijna voluit loopt. Je zult merken dat je
looptechniek ‘als vanzelf’ verandert. De lengte van je pas neemt toe, het
beentempo gaat omhoog, de knie-inzet is krachtiger, de landing van je voet
verschuift van de hiel- of middenvoet naar de voorvoet, enzovoorts. Enkele
andere factoren die bepalen hoe jouw hardlooptechniek eruitziet, zijn aanleg,
lichaamsgewicht, lenigheid en bewegingservaring. Die laatste blijkt belangrijk:
des te meer je hardloopt, des te efficiënter wordt je hardloopbeweging. Richt
je dus vooral op het kwijtraken van overtollige kilogrammen, sterkere spieren
en meer, overwegend rustig, hardlopen. En maak je niet druk over je kniehoeken.
Loopscholing
Heeft het dan helemaal geen
zin om oefeningen te doen? Jazeker wel. Het kan zijn dat jouw ‘natuurlijke’
techniek toch ten koste gaat van jouw loopefficiëntie, of een potentieel
blessurerisico vormt. Misschien heb je iets verkeerd aangeleerd (bijvoorbeeld:
landen op de voorvoet terwijl je van huis uit een haklander bent); of is het
beeld dat je van de ideale loopbeweging hebt onjuist (waardoor je de hielen na
de afzet hoger optilt dan nodig). Het kan zijn dat je spierkracht tekortschiet,
waardoor je bekken kantelt, of dat je spieren aanspant die je niet nodig hebt
(bijvoorbeeld in de schouders, nek). Conditiegebrek kan ervoor zorgen dat je
natuurlijke hardloopbeweging wegzakt waardoor spieren, pezen en gewrichten in
het laatste deel van een training of wedstrijd anders belast worden dan ze
gewend zijn.
Het signaleren van dat soort
zaken en het aanbieden van een passende oplossing is bij uitstek iets voor de
opgeleide hardlooptrainer. Het is lastig, zo niet onmogelijk, om ze bij jezelf
te constateren. Er zijn apps in ontwikkeling die je daarbij kunnen helpen, maar
die zijn nog niet veel verder dan de ontwerptafel. De trainer van een
atletiekvereniging of loopgroep kan jouw looptechniek analyseren en dat
koppelen aan gerichte oefeningen.
Ten slotte: wees je ervan
bewust dat elke verandering aan je natuurlijke manier van bewegen een
blessurerisico inhoudt. Doe het altijd met geduld en in kleine stapjes. Dit
geldt ook voor de oefeningen die je doet. Ga dus niet opeens 50 meter loopsprongen
doen omdat je vindt dat je afzetkracht moet verbeteren. Ook als het om
looptechniek gaat kan het middel erger zijn dan de kwaal. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten