dinsdag 31 juli 2018

Wassink en Kuin favorieten bij Koopman Bergrun

Atleten bezig met de beklimming van de Berg in 2017
WINTERSWIJK – Sandra Wassink en Ronald Kuin zijn enkele van de topnamen die aan de start worden verwacht van de zestiende Koopman Bergrun, zondagochtend 5 augustus in Winterswijk. De wedstrijd en prestatieloop van AV Archeus wordt gehouden op en rond de voormalige vuilnisbelt aan de Eekelerweg achter vrijetijdsmarkt Obelink.

Sandra Wassink uit Meddo won vorig jaar de hoofdafstand en zal ook dit jaar weer de vijf beklimmingen van de ‘Winterswijkse berg’ aangaan. De atlete van Archeus is in voorbereiding voor de marathon van Berlijn op 16 september en is vooral bezig veel kilometers te maken. “Daarom overweeg ik hardlopend vanuit Meddo te komen, dan de 7,6 kilometer te lopen en dan weer naar huis te lopen.”

Wie bij de mannen om de podiumplaatsen gaan strijden, is nog onduidelijk. Vorig jaar won langeafstandsloper Pascal Schepers uit Doetinchem de hoofdafstand, maar het is nog niet bekend of hij dit jaar weer zijn opwachting gaat maken. Archeus-favoriet Lars Duistermaat laat de klim aan zich voorbijgaan vanwege de baanwedstrijden die nu op zijn programma staan.

Op de korte run van 3,1 kilometer (twee beklimmingen) lijkt Ronald Kuin uit Deventer hoge ogen te gaan gooien. Kuin is nationaal atleet op de meerkamp en clubkampioen van AV Daventria.

De Koopman Bergrun is behalve een wedstrijd voor de toppers uit de regio en grensstreek ook geschikt voor recreanten en jeugd. Volwassenen en jongeren kunnen kiezen uit 7,6 of 3,1 km, voor kinderen t/m 12 jaar is er een 1,6 km met één beklimming.

Het volledige programma en aanvangstijden staan op www.av-archeus.nl. Voorinschrijven kan nog tot donderdag 2 augustus 20.00 uur. Na-inschrijven kan bij de start op de dag zelf. De organisatie houdt overigens de weersomstandigheden nauwlettend in de gaten om te beoordelen of het verantwoord is de loop te laten doorgaan. Mocht de run worden afgelast, dan zal dat tijdig bekendgemaakt worden via www.av-archeus.nl en social media.

maandag 30 juli 2018

Wedstrijdagenda augustus 2018

Heeft iemand een aanvulling of aanpassing op onderstaande kalender dan hoor ik het graag

zat.4 augustus Blokzijl-Kolkloop - www.start78.nl

zon.5 aug Broekland-Kermisloop - www.broeklanderfeest.nl

zon.5 augustus Winterswijk-Bergrun - www.av-archeus.nl

zon.5 augustus Arnhem-Parkloop - www.parklopen.nl

zon.5 augustus Bemmel-Parkloop - www.parklopen.nl

zat.11 augustus Dülmen(D)-Wasserlauf - www.tsg-duelmen.de

zat.18 augustus Putten-Duo Marathon - www.duomarathonputten.nl

zat.18 aug. Apeldoorn-Runnersworldloop - www.runnersworldapeldoorn.nl

zat.18 augustus Ermelo-Ermeloop - www.ermeloop.nl

zon.19 augustus Gendringen-Achterhoek Run - www.web,atletico73.net

zon.19 augustus Elst-Parkloop - www.parklopen.nl

din.21 augustus Winterswijk-Twee Bruggenloop - www.ava70.nl

don.23 augustus Deil-Ronde van Deil - www.kwarttriathlondeil.nl

vrij.24 augustus Aalten-Baan 1.500 meter - www.ava70.nl

zat.25 augustus Nunspeet-Heideloop - www.nunspeetseheideloop.nl

zat.25 augustus Sibculo-Aqua Klimcross - www.aquaklimcross-sibculo.nl

zat.25 augustus Gronau(D)-Weinfestlauf - www.tsv-gronau-leine.de

zon.26 augustus Oldenzaal-Boeskoolloop - www.svblackandwhite.nl

zon.26 augustus Terwolde-Ronde van Terwolde - www.rondevanterwolde.nl

zon.26 augustus Heerde-Summertrail - www.summertrail.nl

zon.26 augustus Hamminkeln(D)-Volkslauf - www.hamminkelner-sv.de

woe.29 augustus Rozendaal-Veldloop - www.rozendaalseveldloop.nl

don.30 augustus Kampen-Prutloop - www.avisala96.nl

vrij.31 augustus Gendringen All Comers Meet - www.atletico73.net

zondag 29 juli 2018

Delft Kerkpolderloop 5 km - 22.20 min - 48e plaats

Even gezellig bijgepraat met Rutger Thung en zijn vriendin


Op de laatste dag van onze vakantie op het Zuid-Hollandse eiland Voorne-Putten staat er in Delft nog een 5 kilometer wedstrijd op het programma. Ik heb wel zin om er aan mee te doen maar ga er dit keer alleen naar toe. Ook heb ik hier vier jaar geleden al eens gelopen toen we op vakantie waren in 's-Gravenzande. Het doel voor vandaag is om een half minuutje per kilometer harder te lopen dan afgelopen woensdag (5.10min/km) in Burgh-Haamstede. De temperatuur geeft s'morgens rond een uur of tien al weer 26 graden aan, dus erg gemakkelijk zal het niet worden.

De Kerkpolderloop wordt georganiseerd op iedere zondag in juli en augustus. De ene week is de organisatie in handen van Sportcenter Allround en de andere week van de Delftse IJs- en Sportclub Bertus, de leukste hardloopclub van Delft en omstreken. Als ik me inschrijf bij het partycentrum 'Onder Ons' moet ik het luttele bedrag van twee euro betalen en krijg ik een stempel op de handpalm gedrukt. Ze vragen niet naar je naam en verder word er ook geen nummer verstrekt, ik kan me nog herinneren dat dit de vorige keer ook al zo was. Een kalkstreep op de weg geeft de start aan en wat pijlen op de weg de route.

Na het inschrijven kom ik Rutger Thung met zijn vriendin tegen, iemand die ik ken van het hardloopforum Chat'n Run. We praten even snel wat bij en gaan ons gereed maken voor de start. Er wordt afgeteld van drie naar één en weg zijn we. De eerste kilometer gaat in precies vier minuten maar dan is het ook meteen gebeurd. Als we de polder inlopen hebben we de zon pal op ons hoofd staan en is het voor mijn gevoel bloedheet en nergens onderweg staan ze met een bekertje water. Na de lus in het plaatsje Schipluiden, kom ik de achterblijvers weer tegen en lopen we een zelfde gedeelte van de route langs het kanaal de Gaag terug.

De laatste kilometers gaan door het recreatiegebied Kerkpolder en komt er iemand op blote voeten naast me lopen. Als we het kiezelzandpad opgaan, is het voor hem zoeken waar hij het beste kan lopen en haal ik hem weer in. Bij de finish krijg ik een briefje in mijn handen gedrukt waarop ik zie dat ik 48e ben geworden. Je moet hierop zelf je naam invullen waarna het gekoppeld wordt aan de tijd die aan de finish voor je geklokt is. Als je het briefje na de wedstrijd niet inlevert op het secretariaat komt er een NN voor je tijd te staan. Na het douchen drink ik, samen met Rutger en zijn vriendin nog een kop koffie en praten gezellig wat bij. Ik denk dat we hem nog wel een keer bij de Gerard Tebroke Memorial of één van de zomeravondloopjes in Aalten aan de start zien.

Het briefje dat ik net na de finish in handen krijg gedrukt

Frank Futselaar en Gert-Jan Wassink aan de start bij Kramp Run

De start van de heren bij de TopRun in 2017
Frank Futselaar, de winnaar van afgelopen jaar, verdedigt zijn titel op zaterdag 8 september bij de zevende Kramp Run in Varsseveld. Gert-Jan Wassink, publiekslieveling en medeoprichter van Stichting Kramp Run Varsseveld, doet ook weer mee aan deze populaire TopRun over vijf kilometer die dwars door het centrum van Varsseveld loopt. Bij de dames staan Jasmijn Lau, snelste junior van de NK en Roos Blokhuis, de nummer twee van vorig jaar, aan de start. De TopRun is zeer aantrekkelijk voor zowel de atleten als het publiek vanwege de vijf ronden van één kilometer die de atleten door het dorp afleggen. De inschrijvingen blijven binnenstromen. Aanmeldingen komen zelfs vanuit België en Duitsland.

Kanjers voor Kanjers
Het totale inschrijfgeld van de BusinessRun schenkt de organisatie van de Kramp Run al jaren aan doelen van Kanjers voor Kanjers.
Deze Achterhoekse stichting zet zich in voor kinderen voor wie sporten en spelen niet vanzelfsprekend is. Door de massale aanmeldingen van 108(!) businessteams kunnen dit jaar de volgende projecten worden gerealiseerd. 80 kinderen mogen een speciaal Kanjer Festijn tijdens het Achterhoeks Hippisch festijn bijwonen, 60 kanjers gaan met speciale begeleiding naar een klimbos, een jongen krijgt trapondersteuning op zijn fiets én een aantal kinderen met hun begeleiding worden getrakteerd op een ballonvaart. Als het weer meezit, dan zal op zaterdag 8 september tijdens de Kramp Run de luchtballon opstijgen.

Startbewijzen voor KidsRun en TopRun
De Kramp Run staat in de Achterhoek bekend als een meer dan populaire run. Dit blijkt uit
de massale inschrijvingen van bedrijven, kinderen en de topatleten. Men moet er snel bij zijn want de run is meestal snel vol. De startnummers voor de Business- en Recreantenrun zijn al vergeven. Wel kan men zich nog inschrijven voor de KidsRun en de TopRun. Voor meer informatie: www.kramprunvarsseveld.nl

Route 51: Arnhem parken Sonsbeek en Zijpendaal

In de afgelopen jaren heb ik veel routes door het prachtige Achterhoekse landschap gelopen en een aantal hiervan wil ik graag met jullie delen. Ik probeer de komende tijd iedere maand een route hieraan toe te voegen, uiteraard ook geschikt om te wandelen. Opmerkingen of aanvullingen hoor ik graag.

Vandaag de 51e route uit deze serie: Arnhem - De parken Sonsbeek en Zijpendaal. Na de korte afdaling door de stadsrand ga je het schitterende Park Sonsbeek in. Bij de ingang daarvan tref je gelijk het bezoekerscentrum Molenplaats Sonsbeek en een prachtige watermolen. Langs de Sint Jansbeek (Sonsbeek) lopend kom je langs het Nederlands Watermuseum. Langs de grote vijvers lopend dient zicht het meest spectaculaire onderdeel van deze route aan: een heuse waterval. Onder die waterval is een grotpad en er over is een rotspad aangelegd. Na de vijvers kuier je over een bosrandpad naar kasteel Zypendaal, gevolgd door Park Zijpendaal. Daarin maak je af en toe wat klimwerk. Het laatste deel komt door de heuvelige bossen van Park Sonsbeek, langs Brasserie De Boerderij, een hertenkamp en de statige Stadsvilla Sonsbeek. Aan het einde kom je wederom langs een watermolen (de Begijnenmolen) en je komt tot slot uit onder de poort van de Witte Watermolen: Molenplaats. De bakkerij is kleinschalig, wordt gerund door vrijwilligers en de pannenkoeken worden bereid uit biologisch meel. 

Route 51: Arnhem - parken Sonsbeek en Zijpendaal
Afstand: 6,2 kilometer
Start: Station Arnhem Noordzijde (Sonsbeek) Amsterdamseweg Arnhem
Bewegwijzerd: Nee
Afkortingen: LA Linksaf, RA rechtsaf, RD rechtdoor
Foto's van de route: fotoalbum
GPX bestand van de route
Laatst aangepast: 30 juli 2018
Klik hier voor alle wandel- en hardlooproutes in de omgeving van Aalten

01.Verlaat het station aan de Sonsbeekzijde, steek de weg over en ga aan de overkant schuin LA het parkje in 
02.Na de uitgang op de dalende klinkerweg RA (Bouriciustraat) en ga aan de linkerkant lopen 
03.Tegenover huisnummer 9 (r) LA, passeer de speelplek rechts van je en daarna op de kruising met een knikje RD verder afdalen (Bouriciustraat)
04.Aan het einde de weg voorzichtig RD oversteken, op de dalende klinkerweg schuin LA richting Bezoekerscentrum/Molenplaats en volg het klinkerpad aan de linkerkant daarvan 05.Wat verderop kom je langs het Nederlands Watermuseum. Na het rechterbochtje nog voor het brugje LA, rechts zie je de Sint Jansbeek 
06.Bij het volgende brugje op het asfaltpad LA, nu zie je rechts een vijver. Op de kruising bij de brug met zwanenleuningen RD
07.Aan het einde op de T-kruising met lantaarnpaal 33 RA en voor het brugje bij lantaarnpaal 34 LA
08.Op de Y-splitsing bij lantaarnpaal 36 rechts aanhouden, rechts zie je een waterval 
09.De route gaat over het asfaltpad verder, wat verderop zie je rechts een grote vijver
10.Blijf het asfaltwandelpad daarlangs een flink stuk volgen 
11.Eenmaal langs de kopse kant van de vijver lopend zie je links een weg en steekt u met een flinke stap een supersmal met stenen geflankeerd beekje over 
12.Daarna direct na de rechterbocht op de driesprong LA die weg oversteken, aan de overkant op het fietspad LA
13.Volg daarna een beetje RD-gaand het onverharde wat grinderige wandelpad strak langs de vijver
14.Waar je na ruim 200 meter links een beeld ziet LA de zeer brede grasdam over en direct daarna RA, je loopt nu aan de andere kant van de vijver 
15.Na rechts een huisje op een heuvel op kruising met asfaltpad LA 
16.Rechts zie je kasteel Zypendaal. Daarna op de driesprong RA en je loopt tussen de koetshuizen(l) en dat kasteel(r) door
17.Na de flauwe linkerbocht, bij het infopaneel met wit/rood- en geel/rood-pijl op het halfverharde pad RA, hierop lopend zie je links een weg 
18.Blijf langs het hek, verderop maak je bij huis Casa-Bianca een rechterbocht, negeer daarna 2 linkerzijpaden en steekt het grasland over naar de bosrand met bordje Park Zijpendaal
19.In het bos op het 2e pad schuin RA omhoog en kort daarna op het 1e pad LA verder omhoog
20.Waar je pad vlak is een rechter- en kort daarna een linkerpad negeren 
21.Daarna gaat je pad weer iets omhoog en, let heel goed op, kort na dat stijgen op het 1e pad schuin RA, je gaat weer klimmen en maakt een flauwe rechterbocht
22.Waar je pad vlak is geworden op de 1e kruising RA, wat verderop komt er van rechtsachter een pad bij 
23.Loop dit brede hier en daar wat grinderige pad (meer een bosweg) van ongeveer 1 kilometer helemaal uit 
24.Onderweg zie je rechts een diep bosdal, maakt wat bochten, negeer alle zijpaden en steeds dalend word je bosweg een asfaltpad met ook weer wat bochten 
25.Op dat asfaltpad op een Y-splitsing links aanhouden. Aan het einde en helemaal beneden ben je op bekend terrein want hier was je op de heenweg in de buurt 
26.Steek de weg over en volg met een knikje het asfaltwandelpad strak langs de vijver, dan rechts van je. In de linkerbocht kom je langs horeca met rechts nog steeds een vijver 
27.Kort daarna op het 1e asfaltpad RA, je gaat bijna gelijk een leuningloos brugje over en daarna RD de trap op 
28.Boven RD het klimmende pad volgen en een rechterzijpad negeren 
29.Na een kort vlak stukje weer een rechterzijpad negeren en je pad gaat met een linkerbocht flink stijgen 
30.Na een bochtje ben je in een oud, hoog beukenbos en volg daarin je steeds duidelijk wordend pad. Op de langgerekte Y-splitsing het linkerpad aanhouden 
31.Je komt uit op een rond bomenpleintje met in het midden een steen met daarop 2 ronde stenen, op dit pleintje haaks RA, 2e zandpad
32.Beneden (daar zie je links een flink grasveld) in rechte lijn RD, een dalende grindpad 
33.Na ruim 50 meter de dalende rechterbocht volgen 
34.Op de Y splitsing links aanhouden en even daarna op de T splitsing LA
35.Na de klim op het asfaltpad RA 
36.Op de asfaltpadenkruising met handwijzer en banken LA, kort daarna zie je links het hek van een hertenkamp
37.Halverwege dat hek tussen 2 zwerfstenen RA richting wit landhuis
38.Voor dat landhuis RA en bijna gelijk bij lantaarnpaal 47 LA 
39.Op de kruising bij lantaarnpaal 12 ook LA en je loopt voor dat landhuis langs
40.Beneden strak voor de vijver RA, voor het hek nog een keer RA en loop dit pad langs dat hek helemaal uit 
41.Na het brugje op de driesprong LA (hier liep je al eerder) 
42.Bij een volgend brugje LA, daar overheen en na het rechterbochtje zie je rechts een watermolen en een Brasserie 
43.Loop dit pad met onderweg een brugje uit, aan het einde ben je bij de Molenplaats 
44.Loop daarna dezelfde weg terug naar het station: weg RD oversteken (Bouriciustraat), kruising met knikje RD, na de speelplek RA en verderop is links het station.

zaterdag 28 juli 2018

Aankondiging van de 16e Bergrun in Winterswijk

Vorig jaar werd de Koopman Bergrun gewonnen door Pascal Schepers, die hier de beklimming leidt voor Stijn Elferink en Gerben Schreurs, de latere nummers 3 en 2 (foto Jan Ruesink)

Winterswijkse berg weer strijdtoneel van hardlopers

WINTERSWIJK – De voormalige vuilnisbelt aan de Eekelerweg in Winterswijk is op zondag 5 augustus weer het strijdtoneel van de Koopman Bergrun. De 16e editie van de loop van AV Archeus  voert weer over de 23 meter hoge bult achter vrijetijdsmarkt Obelink. De prestatieloop is elk jaar een unieke beproeving voor zowel recreanten als wedstrijdlopers, die normaal hun rondjes op het vlakke afwerken. De voorinschrijving is inmiddels geopend.

De Koopman Bergrun kent meerdere afstanden, voor zowel de liefhebbers als de doorgewinterde wedstrijdlopers. De langste afstand is met vijf beklimmingen, de nodige bochtjes, ruwe ondergrond en soms ook de zomerhitte een uitdaging voor echte doorzetters. Het gaat er hier vooral om de krachten goed te verdelen, want het klimmen kan de spieren snel doen verzuren. Het gemiddelde stijgingspercentage van de klim bedraagt 12,5 procent, met uitschieters van bijna 40 procent aan het begin en het einde. De afdalingen gaan over een breed, meer gelijkmatig pad. De kortere run over ruim 3 kilometer telt twee beklimmingen en is goed te doen voor de gemiddelde recreant. De jeugd tot en met 12 jaar gaat één keer de berg af en weer op.

Aan de loop doen traditioneel veel toplopers en liefhebbers uit de hele regio en het Duitse grensgebied mee, maar ook voor sportieve vakantiegangers is de run een aparte beleving. Vorig jaar schreven Pascal Schepers uit Doetinchem en Sandra Wassink uit Meddo de hoofdafstand op hun naam. De Koopman Bergrun is ook voor bezoekers een prachtig schouwspel, niet alleen vanwege het uitzicht boven op de bult, maar ook omdat men de lopers lang kan volgen over het parcours.

Programma Koopman Bergrun, zondag 5 augustus
10.30 uur 1,6 km voor kinderen (t/m 12 jaar) (één beklimming)
10.45 uur 3,1 km (twee beklimmingen)
11.30 uur 7,6 km (vijf beklimmingen)

Voorinschrijving t/m donderdag 2 augustus 20.00 uur via inschrijven.nl. Na-inschrijven kan tot een half uur voor aanvang van de betreffende afstand. Kosten 1,6 km en 3,1 km: 2,50 euro bij voorinschrijving en 3,00 euro ter plaatse. 7,6 km: 4,00 euro bij voorinschrijving en 5,00 euro bij na-inschrijving ter plaatse.

Start en finish bovenop de oude vuilnisbelt  aan de Eekelerweg (achter vrijetijdsmarkt Obelink). Er is geen omkleedgelegenheid op deze locatie. Er is wel een toilet, watervoorziening onderweg en EHBO. Parkeren direct naast het parcours, op de extra parkeerplaats van Obelink aan de Eekelerweg. Toegang via de afslag Obelink aan de Misterweg. Volg dan de borden.

Jonge bestuurder: ‘Frisse blik die ook past bij deze tijd’

AV de Liemers is met bestuurslid Jouke Dijkstra (25) een schoolvoorbeeld van hoe het ook anders kan
Het tekort aan jonge vrijwilligers is een bekend fenomeen bij atletiekverenigingen. Jeugdige bestuurders zijn al helemaal ver te zoeken. En áls er dan al een jonkie opstaat en tussen die “oude mannen” gaat zitten, dan heb je nog het issue “de generatiekloof”. AV de Liemers is met bestuurslid Jouke Dijkstra (25) een schoolvoorbeeld van hoe het ook anders kan. ‘Ik en de voorzitter werken samen als een geoliede machine. Het maakt niet uit dat ik zo jong ben.’

In 2015 stond Jouke (toen 23 jaar) op om zich aan te sluiten bij het toenmalige bestuur. ‘Ik startte met jeugdzaken en een jaar later nam ik de functie trainerszaken er ook bij. De huidige bestuurder had er door zijn drukke baan te weinig tijd voor, maar zijn taken loslaten zonder opvolger was ook geen optie.’ Nu twee jaar verder zit Jouke nog steeds op deze post.

Doel bereikt
‘Drie jaar geleden, de start van mijn rol als bestuurslid, beschikte ik nog over vrij veel tijd. Ik rondde mijn ALO-studie toen net af. Inmiddels ben ik aan een nieuwe studie begonnen dus mijn tijd is ook schaarser. Ik focus me daarom alleen nog op trainerszaken, een belangrijk onderdeel: zonder trainers immers geen vereniging. Mede door het toch wel grijze trainersbestand zijn we constant op zoek zijn naar nieuwe trainers. Dit is één van de zaken die ik heb opgepakt.’ En dat doet Jouke met succes. Inmiddels zijn er bijvoorbeeld acht jeugdtrainers voor de pupillen bij, en volgden er diverse ouders en leden trainersopleidingen van niveau 2 tot en met zelfstandig trainer.’

‘Ik wil terug naar het echte verenigingsgevoel van vroeger’

Sneltreinvaart
Een ander aandachtspunt waar Jouke zich in vastbeet is stilstand. Hij lacht: ‘Nou dat stilstaan hebben we helemaal losgelaten hoor, we zijn nu eerder een trein die we moeten afremmen. We pakken alles aan wat we kunnen om maar te groeien. Het doel is nu vooral de saamhorigheid binnen de vereniging terug krijgen. We zijn niet meer de vereniging van vroeger waarbij alle leden tot en met het einde van een wedstrijddag blijven om ook de laatste deelnemers te zien strijden en finishen. Maar dat is wél het gevoel dat ik wil hebben bij een vereniging. Dus daar ga ik voorlopig nog even voor.’

‘Leeftijd of mentaliteit zijn totaal geen issue’

Rechterhand
Tot de spijt van Jouke zijn er sinds zijn komst in het bestuur nog geen andere jonge leden opgestaan. Jouke is dus nog steeds veruit het jongste bestuurslid. ‘Maar leeftijd of mentaliteit zijn totaal geen issue binnen ons bestuur. De toenmalige voorzitter (red. ze is recent overgestapt naar voorzitter van een stichting waar de vereniging veel mee samenwerkt) heeft de afgelopen drie jaar zo ontzettend veel voor de vereniging gedaan, en met een hoge snelheid. Ik was hierbij haar rechterhand. Haar kennis van organisatieontwikkeling combineerde perfect met mijn kennis van de vereniging. Ik ben al sinds mijn zevende lid bij AV de Liemers. Daarbij neem ik de kennis van mijn ALO studie mee. Ik weet wat een vereniging wel en niet kan, en of het binnen onze vereniging kan en bij de atletieksport past.

‘Frisse blik die ook past bij deze tijd’

Ophakken en timemanagement
Op wat wisselingen na zitten de meeste bestuurders al vele jaren op hun plek. De frisse blik van Jouke voegt dus zeker iets toe aan het huidige bestuur. Jouke legt dit uit met een voorbeeld: ‘Door het vrijwilligerstekort krijgen we steeds minder zaken voor elkaar. Het tekort aan handjes past helaas bij deze tijd: mensen hebben volle agenda’s. Ik kies daarom voor een andere aanpak: één grote taak, delen we op in heel veel kleine. Zo heb ik een tijd terug de ouders van een jeugdgroep opgetrommeld, door een tekort aan vrijwilligers konden ze afgelopen jaar niet eens meedoen aan wedstrijden. Mijn doel was samen zorgen dat het team volgend seizoen wel weer mee kan doen. Samen ja, want ik vind dat wij er als bestuur niet zitten om alles op te lossen, wij geven richting maar iets realiseren moeten we echt met z’n allen doen. De simpele oplossing bleek te werken: grote, tijdrovende taken opdelen in kleine stukjes. Elke ouder doet nu iets, en dat werkt. Naast taken duidelijk afbakenen moeten we strikt met tijd omgaan. Vroeger maakte het niet uit of mensen om vijf uur of acht uur ‘s avonds naar huis konden. Nu moet het vaak geen tien minuten langer duren, want dan komen ze niet meer. Begrijpelijk wel hoor, iedereen heeft tegenwoordig een druk leven.’

Tips voor andere verenigingen?
Tot slot heeft Jouke nog een tip om nieuwe mensen enthousiast te krijgen voor een bestuursfunctie. ‘Er zijn altijd mensen binnen de verenging, trainers bijvoorbeeld, die van zich laten horen en ideeën hebben. Die moet je er direct bij betrekken. Vraag of ze eens bij een vergadering komen zitten. Ze vinden dan vaak vanzelf wel een plek of functie binnen het bestuur die bij ze past.’

Tekst: Esther Vliege (bron)

vrijdag 27 juli 2018

Lopers, laat je niets wijsmaken: vijf ‘hardloperswijsheden’ onder de loep

Mariska van Sprundel (foto Renate Beense)
Speciale schoenen, rekken en liters water drinken: er wordt van alles geadviseerd aan hardlopers. Wat is daar nu eigenlijk van waar? Mariska van Sprundel zocht het uit in haar boek. De Volkskrant ontkracht alvast vijf lopersmythen.

Door Ellen de Visser

Twee jaar geleden zag Mariska van Sprundel op een winterzondag op het strand van Egmond een bonte mix van marathonlopers aan zich voorbijtrekken en vroeg zich af wat ze fout had gedaan. De een liep rechtop, de ander voorovergebogen,  een enkeling nuttigde een gelletje, ze zag een keur aan schoenen, van afgetrapt tot hightech, en hier en daar liep zelfs iemand op blote voeten. Ze had graag mee willen lopen maar ze was weer eens geblesseerd geraakt. Wat deden al die mensen op het strand beter dan zij?

Kort daarna werd ze looptrainer bij een Utrechtse atletiekvereniging, waar ze merkte hoeveel geruchten er in de hardloopwereld circuleren, verhalen die overgaan van loper op loper. Loperswijsheden noemt ze de vaak onbewezen verhalen over schoenen, voeding, kleding en blessures. Lachend vertelt ze over die ene waarschuwing die haar intrigeerde: tijdens het lopen vooral goed blijven drinken want ‘als je dorst krijgt ben je te laat’. Moest ze dan de hele tijd aan een bidon blijven lurken?

Wetenschapsjournalist Van Sprundel (31), afgestudeerd in biologie en biomedische wetenschappen, besloot om die populaire loopkennis te toetsen. Ze  ging langs bij wetenschappers in binnen- en buitenland en liet in een bewegingslab haar eigen loopstijl doorlichten. Onlangs verscheen haar boek over de wetenschap achter het hardlopen, dat houvast kan bieden aan de 1,5 miljoen Nederlanders die de sport beoefenen. Van fanatieke marathonlopers tot de weekend warriors die op zondagmorgen een rondje doen: ze hebben allemaal een honger naar kennis, zegt Van Sprundel. ‘Maar iedereen zegt weer wat anders.’

Vijf loperswaarheden onder de loep:

Draag persoonlijk aangemeten schoenen
Toen Van Sprundel tien jaar geleden serieus ging hardlopen, kocht ze kwaliteitsschoenen in een speciaalzaak. De verkoper constateerde dat haar enkels wat naar binnen kantelen. Ze had schoenen nodig die de binnenkant van haar voet ondersteunden. Kort daarop liep ze haar eerste serieuze knieblessure op.

Het is de meest hardnekkige mythe in de loperswereld, zegt ze: dat je met persoonlijk aangemeten schoenen blessures kunt voorkomen. In Nederland is hardlopen na veldvoetbal de sport met de meeste blessures en dat zou weleens met de structuur van onze voet te maken kunnen hebben. Met een grote teen als een stijve hefboom en een enorme hiel is de voet door de tijd heen ‘een blessuregevoelig rommeltje geworden’, schrijft ze. Of, zoals de Amerikaanse paleo-antropoloog Jeremy de Silva het verwoordt: ‘Evolutie is in de weer geweest met plakband en paperclips.’

Het verklaart de opkomst van de schoentechnologie mét bijbehorende marketing: de verende zolen om de schokken op te vangen, de corrigerende binnenkant die inzakkende voeten en enkels moeten stutten, de verhoogde hak die de voetlanding moet verbeteren.

De wetenschap is echter onverbiddelijk: er bestaat geen bewijs dat die moderne schoenen blessures helpen voorkomen. De filmpjes die worden gemaakt in hardloopwinkels, bedoeld om klant en voet en schoen te matchen, suggereren een zweem van wetenschap die er niet is, zegt Van Sprundel. Ze deed vergelijkend schoenenonderzoek in het bewegingslaboratorium van de universiteit Leuven, waar ze behangen met reflecterende bolletjes en een versnellingsmeter en geobserveerd door tien infraroodcamera’s, tijdens het hardlopen de krachten op haar lichaam liet analyseren. Haar enkels bleken zich in de dure schoenen net zo te gedragen als in de goedkope variant die ze bij Scapino had gekocht.

Toch kent ze anekdotes genoeg van hardlopers bij wie knieklachten verdwenen toen ze op andere schoenen gingen lopen. Daar wreekt zich de kloof tussen theorie en praktijk, zegt ze. Wetenschappers volgen een grote groep hardlopers en concluderen dat het type schoen gemiddeld genomen geen invloed heeft op blessures. Maar dat zegt niet alles over de individuele loper. Vandaar haar advies: draag schoenen die lekker zitten.

Ga op blote voeten rennen
Harvard-hoogleraar Irene Davis vertelde Van Sprundel dat iedere geblesseerde hardloper last heeft van zwakke voeten. Dat zou volgens Davis te maken hebben met de ondersteuning van de schoenen, die het werk overnemen van de voet waardoor die geen sterke spieren ontwikkelt. Blootsvoets rennen zou beter zijn, omdat je op de voorvoet landt en abrupte krachten op de benen voorkomt. Van Sprundel raakte geïntrigeerd, veranderde haar voetlanding (wel met schoenen aan) en na vier maanden had ze een nieuwe blessure, opnieuw aan haar scheenbeen.

Lopen op blote voeten is een subcultuur onder hardlopers, vertelt ze, maar wetenschappelijk is niet aangetoond dat daardoor minder blessures ontstaan. Wel andere blessures, in de kuit en achillespees vooral.

Toch is het trainen van de voetspieren geen slecht idee, denkt Van Sprundel. Haar advies: train in het krachthonk ook je voeten, net zo lang totdat je alle tenen afzonderlijk van elkaar kunt bewegen.

Je moet rekken voor en na het lopen
Je ziet ze staan tegen muurtjes, hekjes en bruggen: hardlopers die hun kuitspieren rekken omdat ze hopen daarmee spierpijn en blessures voor te zijn. Het vele onderzoek naar rekken en strekken duidt niet op enig voordeel voor prestaties of blessurerisico.  Haar advies: rek als je dat plezierig vindt, je wordt er vooral leniger door.

Hardlopers zijn doodlopers
Berichten over lopers die tijdens een marathon een hartinfarct krijgen, halen steevast de media en dat kan verklaren waarom het hardnekkige idee is ontstaan dat hardlopen slecht is voor de gezondheid. Terwijl er geen bewijs is dat het hart blijvende schade oploopt van grote inspanning, concludeert Van Sprundel. Onderzoek onder Amerikaanse marathonlopers heeft uitgewezen dat één op de 259 duizend lopers een fataal hartinfarct krijgt tijdens het sporten. De meesten hadden een aangeboren hartafwijking die niet was onderkend. Onder wielrenners en voetballers komt een plotse hartstilstand veel vaker voor.

Hardlopers leven gemiddeld drie jaar langer dan niet-lopers maar de vraag is uiteraard of dat (alleen) door het lopen komt. Hardlopers zijn vast ook in andere opzichten gezonder.

Haar advies: Loop ‘met mate’. De grens van het gezondheidsvoordeel ligt op 100 minuten lichaamsbeweging per dag. Niet dat ultra-atleten eerder doodgaan, maar de voordelen van het sporten vlakken bij extreme inspanningen wat af. Lopers hebben bijvoorbeeld betere knieën dan stilzitters, maar dat geldt niet voor ultralopers.

Drinken voor je dorst krijgt
De sportdrankindustrie heeft drinken tijdens het lopen tot dogma verheven, schrijft Van Sprundel, maar er is geen bewijs dat er ooit een marathonloper is overleden door uitdroging. Te veel drinken tijdens inspanning is een groter gezondheidsrisico dan te weinig, benadrukt ze, maar dat wordt nogal eens vergeten. Bij overmatig drinken verdunt de concentratie natrium in het bloed en dat is slecht voor de hersenen. In extreme gevallen kan dat dodelijk zijn.

Haar advies: Als je geen dorst hebt, mag je ervan uitgaan dat er niets aan de hand is.
De marathon van Berlijn is aanstaande maar Van Sprundel zal er niet bij zijn, ze is opnieuw geblesseerd. Wel jammer, zegt ze, dat ze geen antwoord heeft gevonden op de vraag die haar zo bezighoudt: waarom ze zo vaak blessures oploopt. Na haar knieën, hamstring en scheenbeen hapert nu haar kuit. Mogelijk kan de technologie dat mysterie ooit oplossen. Ze vertelt over sensoren die lopers in de toekomst misschien op hun huid kunnen plakken en die hun smartphone een seintje zullen geven als ze anders, lees risicovoller, gaan lopen, meer passen nemen bijvoorbeeld of voorover hellen.

Tot die tijd geldt het adagium dat in haar boek de boventoon voert: doe waar je je goed bij voelt. In de woorden van een van de wetenschappers die ze raadpleegde: ‘Laat je niet gek maken door alle adviezen in winkels en op internet. De meeste zijn goedbedoeld maar slaan nergens op.’

Mariska van Sprundel: Alles wat je wilt weten over hardlopen - Amsterdam University Press; €19,99. (bron)

donderdag 26 juli 2018

Column: Erwin’s zin en onzin - deel 194

Ik ben een ongeleid projectiel zonder helm
Een tijdstraf van dertig seconden

Nadat ik een 73-jarige vrouw op een e-bike een kopstoot gaf, heb ik mezelf een tijdstraf van dertig seconden opgelegd. Gelukkig is Parijs nog ver. Het is juli: Tour de France-maand. Met afstand de mooiste sportmaand van het jaar. Mijn fascinatie voor dit krankzinnige schouwspel is ziekelijk te noemen. Vooral in het verkeer komt dit tot uiting, ik ben een ongeleid projectiel zonder helm. 

Kromgebogen over mijn stuur jakker ik doldriest door het dorp. Bij iedere straat die in een licht dalende lijn gaat, druk ik mijn edele delen op de stang en kruip in elkaar. Rotondes neem ik van beide kanten en als ik moet pissen doe ik dat linea recta vanaf het zadel. Diep in mij schuilt een fenomenaal wielrenner waar ik mij – gedurende drie weken per jaar – keer op keer mee identificeer. Ik heb de explosiviteit van Dylan Groenewegen, de punch van Julian Alaphilippe en het koersinzicht van Han Tieltjes. Als er een Skoda nadert, steek ik pardoes mijn hand in de lucht, smekend om een bidon of een gelletje en als ik geen jurywagens zie, blijf ik even aan de auto hangen. Wanneer er een motorrijder passeert vraag ik vluchtig naar het tijdsverschil met de achtervolgende groep. 

Eergisteren bereikte mijn obsessie voor de wielersport een tragisch dieptepunt. Ik naderde de stoplichten in Bocholt, mijn denkbeeldige finishlijn. Ik lag op kop van een uitgedund peloton en niks of niemand leek mijn overwinning in de weg te staan. Terwijl ik mijn shirtje rechttrok en mij klaarmaakte voor het zegegebaar, word ik van rechts gepasseerd. Ik had buiten een 73-jarige vrouw op een e-bike gerekend. Zij drukte haar voorwiel vlak voor de finish voorbij het mijne. In het voorbijgaan gaf ik haar een kopstoot, gelukkig zonder ernstige gevolgen. Ik heb mezelf een tijdstraf van dertig seconden opgelegd.

Godzijdank ben ik niet zo geobsedeerd door kickboksen.

Gert-Jan Wassink op weg naar Marathon van Amsterdam

Gert-Jan Wassink
Waar het lopershart vol van is...

Door Anne Luijten

Het is kwart voor twaalf op zaterdagochtend, en bloedheet. Op landgoed Warnsborn komen de atleten van Loopland Gelderland, de trainingsgroep van topcoach Honoré Hoedt, terug van het uitlopen na het afwerken van hun intervaltraining. Eén voor één vertrekken de atleten naar huis om aan de rest van hun weekend te beginnen.  Uiteindelijk is er niemand meer over – op één atleet na. De 32-jarige Gert-Jan Wassink is namelijk nog volop bezig aan zijn programma. Hij is in voorbereiding op de Amsterdam Marathon. De lange training van vandaag – 4 x 5 kilometer – brengt het totaal aantal kilometers van deze week over de 200 heen.

De keuze voor Amsterdam
Het kiezen van een marathon om voor te trainen is een lastig besluit – een atleet heeft immers maar twee of drie pogingen per jaar. Voor Wassink waren er twee redenen om voor Amsterdam te kiezen. ‘Voor mijn vorige marathon, de Marathon van Praag, heb ik veel moeten reizen en dat beviel me eigenlijk niet zo goed’, vertelt Wassink. ‘Ik wilde dus weer een marathon op eigen bodem lopen.’ In Praag werd hij begin mei onder warme omstandigheden elfde in 2:21.32 uur. ‘En’, vervolgt hij, ‘Amsterdam is eigenlijk een marathon die ik al vorig jaar wilde lopen maar toen raakte ik geblesseerd in de voorbereiding, waar ik ontzettend van baalde.’ Het helpt ook dat de Amsterdam Marathon wederom het toneel is van het NK Marathon. ‘De Amsterdam Marathon is dichtbij, valt tijdens een goede periode in oktober, en is het NK. Ik wil dus gaan voor een goede klassering.’

Een schat aan ervaring
Wassink pakte in 2015, in zijn debuut in Rotterdam, al brons op het NK Marathon en liep in die wedstrijd ook naar zijn huidige persoonlijk record, 2.17:34. Amsterdam wordt dus zijn derde serieuze marathon, maar eerder haasde hij al drie keer een marathon en liep die ook uit. Hij heeft dus veel ervaring. Vooral van zijn meest recente marathon heeft hij veel geleerd. Image may contain: one or more people, people standing, shorts, tree, outdoor and nature‘Waar ik het meest van heb geleerd is de weg ernaartoe, het proces. Ik heb ervoor gekozen om in de voorbereiding van Praag op hoogtestage te gaan [in Flagstaff, Amerika, red.], toen door te reizen naar Praag, en vervolgens de Praag Marathon te lopen. Het probleem van hoogtestages is dat je niet heel specifiek kunt trainen omdat het te zwaar is. Je kunt wel wat langere blokken doen, maar het kost veel hersteltijd en is zwaar voor je lijf, en daar moet je echt wel 100 procent fit voor zijn. Op dat moment wist ik dat nog niet, en ook het effect van de hoogte was minder dan ik had gehoopt,’ zegt Wassink. ‘Ik heb dus geleerd dat ik eigenlijk wat specifieker moet gaan trainen richting de marathonvoorbereiding en dat ik heel veel moet werken aan mijn snelheid. Maar goed’, voegt hij eraan toe, ‘dat kan alleen maar als je een goede basis hebt gelegd. Uiteindelijk ben ik daar nu pas aan toe. Dus ik heb nu heel veel snelheid getraind, veel meer dan voor andere marathons, en ik merk dat ik qua snelheid nu al het niveau van 2015 terug heb. Mijn duurvermogen is zelfs een stuk verbeterd. Met die combinatie verwacht ik in Amsterdam een veel betere marathon te lopen.’

Slecht (selectie)beleid
Stiekem had Wassink zich ook graag voor de marathon bij het EK in Berlijn willen kwalificeren, maar deze kwam net te vroeg – na een blessure kon hij immers pas in januari weer serieus trainen. ‘Dat gaat een beetje als een rode draad door mijn loopcarrière heen: ik ben vaak heel goed op momenten dat er geen kwalificaties mogelijk zijn, en heb blessures als er wel kwalificaties zijn. Daar baal ik natuurlijk ontzettend van, want ik denk dat ik zeker het niveau heb om op het EK te staan. De meeste jongens die straks op het EK staan heb ik al eens verslagen.’ Hij wijt zijn afwezigheid bij internationale toernooien niet alleen aan zijn blessuregevoeligheid, maar ook aan het beleid van de Atletiekunie. ‘Ons limietenstelsel is gewoon heel heftig. In andere landen kwalificeer je je al met 2:19 of 2:18, en op een halve marathon met 1:05 of 1:06. Voor Nederland gelden veel zwaardere normen van 2:14 en 1:03, en we sturen zelden teams. Ons selectiebeleid is eigenlijk wel iets waar wat aan gedaan mag worden, vind ik,’ zegt Wassink, ‘om zo toernooien ook weer toegankelijk te maken voor langeafstandslopers. Ik vind daarnaast dat er heel weinig wordt gedaan voor atleten op de lange afstand. Vroeger organiseerde de Atletiekunie trainingskampen voor de lange afstand waar jongens elkaar opzochten, en werd vanuit de Atletiekunie gecoördineerd om samen wedstrijden te lopen. Dat is nu niet meer zo. Lastig! Het is tijd voor een ander beleid dat atleten vooruit helpt.’

Periodisering
Het is voor elke topatleet belangrijk een goede periodisering te hebben. Dat houdt in dat er in het trainingsschema nauwkeurig wordt toegewerkt naar de wedstrijd waar de atleet wil pieken. Ook voor Wassink is dit essentieel. ‘De meeste lopers zijn niet bewust bezig met hoe ze aan het trainen zijn, en doen bijvoorbeeld alleen maar duurlopen, omdat ze denken, ‘Ik ga een marathon lopen, dus moet ik mijn duurvermogen trainen.’ Uiteraard moet je je duurvermogen trainen, maar het is vooral heel belangrijk om je voorbereiding heel goed te structureren.’ Image may contain: 1 person, standing, sky, tree, child, outdoor and natureWassink doet dat dit keer door middel van twee periodes van zeven weken. ‘Tussendoor ga ik twee weken op vakantie – in die twee weken zit ik niet stil, maar die weken pak ik wel als actief herstel. Dus dat betekent dat ik veel rustige trainingen ga doen, niet te hard zal trainen, maar ik wel mijn duurvermogen en mijn tempotrainingen op peil houd. Maar’, grinnikt hij, ‘mijn vrouw vindt het ook wel fijn als ik af en toe op vakantie wat leuks met haar ga doen, dus heb ik niet de tijd om twee keer per dag te trainen en zal misschien een aantal extra rustdagen inlassen. De zeven weken daarvoor zorg ik er wel voor dat ik heel gericht en gefocust train, met wat meer snelheidstrainingen en korte afstanden als wedstrijden.’ Zo liep Wassink een 3000 meter in Utrecht en een 5000 meter in Heusden.

Een typische trainingsweek
Dat betekent echter niet dat hij weinig kilometers loopt: de afgelopen weken liep hij achtereenvolgens 145 kilometer, 170 kilometer, 225 kilometer, 165 kilometer en 140 kilometer.  Image may contain: 2 people, people smiling, grass, outdoor and natureKomende week probeert hij weer rond de 170 kilometer te lopen en een week later, tijdens een trainingskamp in Bad Dürrheim, probeert hij weer boven de 200 kilometer te komen. Vervolgens vermindert hij het aantal kilometers naar 165 kilometer, en daarmee sluit hij het eerste deel van zijn voorbereidingsperiode af. ‘De tweede periode van zeven weken richt ik me meer op marathonspecifieke training. Dat betekent dat ik wat meer wedstrijden heb ingelast, zoals een Tilburg Ten Miles, een Dam tot Damloop, en de Breda Singelloop. De Singelloop in Breda is de laatste zware prikkel, om vervolgens gas terug te nemen naar de marathon toe.’ Wassink heeft elke week drie tempotrainingen op het programma staan, met tussendoor rustige duurlopen:

Maandag – ochtend 20 kilometer easy
Maandag – middag 18 kilometer inclusief een half uur in 18 km/uur
Dinsdag – ochtend 15-16 kilometer easy
Dinsdag – middag Marathonblokken, i.e., 5x2km, 3×4 km, 4x5km met korte pauze
Woensdag – ochtend Lange duurloop 30km
Woensdag – middag Intensieve krachttraining in circuitvorm
Donderdag – ochtend 15 km easy
Donderdag – middag Kortere tempo’s t/m 3min
Vrijdag – Relatieve rustdag: evt kort loopje + core-stability
Zaterdag – ochtend Specifieke marathontraining (langere blokken)
Zaterdag – middag Loslopen 30-45 min
Zondag – Lange duurloop 25-40 km

Tips voor de recreant
Wassink heeft ook nog wat tips om de man met de hamer zo laat mogelijk in de wedstrijd tegen te komen. De eerste tip heeft betrekking op de voorbereiding. ‘Wat ik vooral heel erg doe, en ik ben echt een loper die enorm geniet van het lopen, zijn lange duurlopen. Ik vind het ook fantastisch om van A naar B te lopen. Ik pak meestal in de voorbereiding duurlopen van 2,5 tot 3 uur. Dat betekent dat ik in 3 uur misschien wel 43 km loop. Mensen verklaren je dan misschien voor gek, maar daardoor loop ik die training eigenlijk op een hele lage hartslag, en met een hele lage verbranding.’ De meeste lopers zijn volgens Wassink slecht voorbereid, waardoor ze bij 30 kilometer, waar de marathon eigenlijk pas begint, op zijn. ‘Ze zijn door hun hele koolhydraatvoorraad heen en niet gewend om hun vetverbranding op de juiste manier aan te spreken. Dat betekent’, zegt Wassink, ‘dat ze veel vaker langzame rustige duurlopen hadden moeten doen, zodat ze goed in de vetverbranding zitten en daardoor zuiniger met hun koolhydraatvoorraad om leren gaan. De meeste mensen trainen tijdens hun duurlopen op een te hoge hartslag.’ Het is duidelijk dat Wassink hier nog uren over kan praten. Termen als trainen in zones, capillarisatiesystemen, koolhydratenbatterij, zuurstoftransport, en energiefabriekjes komen voorbij. Dit is niet voor niets: naast het hardlopen coacht Wassink recreanten en hij heeft recentelijk een Runnerslab geopend waar hij lopers van alle niveaus test, en advies op maat geeft om hun doelen te bereiken.
Zijn tweede tip voor recreanten die zich aan de marathon willen wagen, heeft betrekking op de race zelf. ‘De meeste lopers starten te hard. Ik adviseer een negatieve split, zodat je zuiniger met je koolhydraten omgaat in het begin, optimalisatie hebt van je zuurstoftransport, en vervolgens dan pas gaat versnellen.’

Balans tussen lopen en het leven buiten de sport
Als je zo naar Wassink’s trainingsschema kijkt, dan verbaast het je misschien te horen dat hij ook nog twee bedrijven heeft. Met zijn bedrijf Running Movements begeleidt hij recreatieve lopers richting hun doelen; ook helpt hij grote bedrijven met vitaliteitsprojecten richting een evenement. Hij is ook mede-eigenaar van Runsupplies.com, een webshop met hardloopgerelateerde producten en artikelen. Vanuit dit tweede bedrijf ondersteunt hij ook een groep talentvolle atleten: het Runsupplies Running Team. Uitvoerig en vol geestdrift vertelt hij over zijn bedrijven, zijn visie, en zijn toekomstplannen. Als zijn eigen loopcarrière voorbij is, hoopt hij (assistent-)bondscoach te worden, in Nederland of in een ander land, om zo faciliterend te zijn aan heel veel lopers; trainers te coachen; en vanuit de bond testen en andere ondersteuning aan te bieden, zodat de atleten bij hun eigen trainer kunnen blijven en hun trainingssituatie verbeterd wordt, waardoor ze een hoger niveau kunnen bereiken. De balans is lastig. ‘Ik probeer mijn tijd strak in te plannen en meer rust te vinden door soms rigoureuze keuzes te maken: dan stoot ik weer wat af en af en toe neem ik weer wat aan.’ Zijn grootste valkuil is zijn enthousiasme. ‘Daardoor loop ik mezelf wel eens over de kop.’ Maar op dit moment draait hij super, en als Wassink de juiste balans weet te houden, kan Amsterdam nog wel eens leuk worden! (bron)