Je doel moet namelijk een ‘negatieve split’ zijn, dat wil zeggen: je loopt de tweede helft sneller dan de eerste helft. |
Met name bij een marathon is het belangrijk om de eerste kilometers te gebruiken om het juiste hardlooptempo te vinden in plaats van geforceerd in dat tempo te starten. Je doel moet namelijk een ‘negatieve split’ zijn, dat wil zeggen: je loopt de tweede helft sneller dan de eerste helft.
Het is daarom belangrijk om
bij de training voor een marathon bewust op zoek te gaan naar het racetempo dat
intuïtief goed voelt. Indicatoren daarvoor zijn je ademhaling, de manier waarop
je je voeten neerzet en je loopritme bij een bepaald tempo. Als je tijdens de
race dat ‘gevoel’ herkent, weet je dat je op de goede weg bent. Train daarom
regelmatig bewust enkele kilometers op dit gevoel, zonder op je stopwatch te
kijken.
Bij deze ook nog drie tips
voor de racedag zelf:
1.Kies bij de start een plaats uit die past bij je verwachte
eindklassering: ga dus alleen vooraan staan als je verwacht vooraan te eindigen
en ga in de tweede helft van de startrij staan als je verwacht dat je
eindklassering ook in de tweede helft van het deelnemersveld zal zijn.
2.Veel races hebben startvakken met de gemiddelde tijd per
kilometer. Ga in een startvak staan met een tijd die correspondeert met jouw
racetempo. Of – nog beter – kies een net iets trager vak.
3.Sommige races hebben hardloopgroepen rond een bepaalde
eindtijd. Sluit je daarbij aan, maar blijf ook zelf kritisch: het kan
natuurlijk ook zijn dat zij te snel van start gaan!
4.Loop met een GPS-systeem, dat je tempo bijhoudt. Als je
daarop ziet dat je een halve minuut te snel over een kilometer hebt gedaan,
knijp dan in je remmen! (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten