Meer kilometers maken brengt een aantal blijvende veranderingen in je lichaam teweeg |
Loop de ene keer in een groep
en de andere keer alleen. Als je een lange tocht voor de boeg hebt, loop dan
met een groep voor de nodige steun. Ga je voor een kort rondje, ga dan alleen
zodat je jezelf een tempo kunt aanleren en je eigen mentale strategieën kunt
ontwikkelen.
Weet waarvoor je traint
Je traint de lange afstanden
om jezelf voor te bereiden op een wedstrijddag. Maar als je op vlakke wegen
traint voor een race die je over heuvels leidt, dan bereid je je niet goed
voor. Net zoals je dus niet moet trainen op een zachte ondergrond als de
wedstrijd over asfalt gaat. Bekijk vooraf het parcours en pas je trainingen
daarop aan.
Varieer je route
Een afstand kan extra lang
lijken als je steeds dezelfde route loopt. Het is natuurlijk prima om te lopen
in een bekende omgeving, maar schud de boel af en toe ook eens een beetje op.
Doe een GPS-horloge om en neem eens een andere afslag. Loop je rondje een keer
achterstevoren, van eindpunt naar begin; kijk eens op de heatmap van Strava om
te zien waar plaatselijke bewoners lopen; of maak er een zoektocht van: pak de
trein of bus en loop terug.
Het juiste tempo
Veel lopers gaan te snel
tijdens hun training. Bewaar dat liever voor de wedstrijd! In een lange
duurloop is een minuut per kilometer langzamer dan je wedstrijdtempo snel
genoeg. Ga je sneller, dan verspil je energie die je beter aan
snelheidstrainingen kunt besteden. Zorg dat je je trainingen spreidt. Een
snelheidstraining de dag voor of na een langeafstandstraining is voor de
meesten niet handig.
Hapklare brokken
Als je je training opbreekt in
stukjes, is zo’n lange afstand ineens veel beter te verteren. Concentreer je
dus in plaats van op één keer vijftien kilometer liever op vijf kilometer per
rondje. Een rondje in de buurt van je huis is bijvoorbeeld erg handig voor als
het weer opeens verandert of als je naar de wc moet.
Zoek het patroon
Wat je draagt, wat je eet,
hoelang je slaapt – schrijf het op in een logboek, zodat je er een patroon in
kunt ontdekken. Heb je bijvoorbeeld onder wisselende weersomstandigheden
getraind, dan kun je zo achterhalen wat op de grote dag de comfortabelste
outfit voor jou is. Ook kun je zo experimenteren met eten en drinken.
Plan je route
Om geen mentale energie te
verspillen, kun je het beste een route kiezen die bij jou past. Merk je dat je
je training vaak inkort als je in de buurt van je huis loopt? Reis dan wat
verder voor je gaat lopen, dan kom je niet in de verleiding. Of loop juist bij
jou in de buurt als je het een fijn idee vindt dat je altijd thuis wat water
kunt pakken of naar de wc kunt.
Voeding onderweg
Als je voor het eerst een uur
aaneen gaat lopen, neem dan een energiegel mee. Het is altijd fijn te weten dat
je brandstof binnen handbereik hebt. Wil je langer dan 90 minuten lopen, zorg
dan dat je 240 tot 300 kilocalorieën per uur binnenkrijgt, of 50 à 75 gram
koolhydraten. Zorg altijd dat je onderweg vroeg begint met bijtanken en dat je
het consequent doet.
Goed herstel
Lange afstanden zijn zwaar.
Zorg dat je de dagen ervoor en erna voldoende rust krijgt of wat minder ver
loopt. Sommige lopers gaan er elke twee of drie weken voor, anderen lopen
liever doordeweeks een lange afstand als in het weekend een kortere race op het
programma staat. In de meeste trainingsschema’s staat de lange duurloop in het
weekend vermeld. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten