![]() |
| Kwaliteitslopen zijn niet beter dan andere trainingen, maar wel doelgerichter en meer gefocust Of je nu traint met een coach,
in een loopgroep zit of jezelf online hebt ingelezen, de term ‘kwaliteitsloop’
heb je vast wel eens gehoord. Deze sessies zijn niet per se beter dan andere
trainingen, maar wel doelgerichter en meer gefocust. Kwaliteitslopen zijn onder
meer tempolopen, intervaltrainingen en duurlopen. Elk met een specifiek
trainingsdoel en bijbehorende aanpassingen in je lichaam. Wij leggen je uit
waarom deze trainingen zo belangrijk zijn, en hoe je er het meeste uit haalt. Wat is een ‘kwaliteitsloop’? Zie een kwaliteitsloop als een
training die zich richt op een bepaald aspect van je loopprestatie. Doelgericht
en bewust. Het draait om het verbeteren van iets dat je efficiënter laat lopen.
Of dat nu uithoudingsvermogen, snelheid, looptechniek of kracht is. 'Een
kwaliteitsloop is een training die je conditie een stap verder brengt of een
specifieke aanpassing. Dat betekent niet dat rustige
duurlopen geen functie hebben. Integendeel. Die lage-intensiteitstrainingen
bouwen je aerobe basis op, verbeteren je vetverbranding en geven je spieren de
kans te herstellen en sterker te worden. Ze vormen een buffer tussen de
zwaardere sessies, zodat je lichaam kan herstellen en zich beter voorbereiden
op de volgende intensieve training. 'Tempo zegt niets tijdens rustige
duurlopen, zolang de inspanning écht makkelijk is'. Daarom kun je rustige
duurlopen beter op gevoel doen dan op tempo, want ‘makkelijk’ verschilt per
dag. 'Het doel van die rustige kilometers is om je klaar te maken voor de
kwaliteitslopen.' De term kwaliteit draait dus
vooral om onderscheid maken tussen verschillende soorten trainingen, niet om
hiërarchie. 'Het helpt lopers begrijpen dat sommige dagen bedoeld zijn voor
voorbereiding en andere voor prestatie'. Wat zijn de voordelen van
kwaliteitslopen? Omdat kwaliteitslopen
doelgericht zijn, kun je ze op verschillende manieren in je schema opnemen.
Meestal gaat het om tempolopen, intervaltrainingen en duurlopen. Beginnende
lopers doen er vaak twee per week. Intervaltraining heeft veel
voordelen: het verbetert je hart- en longfunctie, traint je snelle spiervezels
(voor korte, krachtige bewegingen) en versterkt spieren, botten en pezen. 'Maar
vooral draait intervaltraining om mechanische efficiëntie', zegt Johnson. Op
hoge snelheid minimaliseert je lichaam overbodige bewegingen. Je ontwikkelt een
efficiëntere armzwaai, betere houding en snellere pasfrequentie, wat
uiteindelijk ook je rustige tempo’s makkelijker maakt. Tempolopen zijn een andere
klassieker. Denk aan een tempo dat ‘comfortabel zwaar’ aanvoelt, een inspanning
die je ongeveer 20 minuten kunt volhouden. 'Tempolopen verbeteren de manier
waarop je lichaam met zuurstof omgaat', zegt Johnson. Je traint je vermogen om
melkzuur te verwerken en zelfs als energiebron te gebruiken. Het resultaat: hoe
comfortabeler je wordt bij hogere snelheden, hoe langer je dat tempo kunt
vasthouden. Duurlopen lijken misschien niet intensief, maar de duur maakt ze uitdagend. 'Negentig minuten tot twee uur of langer op je benen staan vraagt veel'. Langdurig lopen (zelfs op een rustig tempo) versterkt je hart, activeert je langzame spiervezels, stimuleert de groei van mitochondriën (je energiecentrales) en leert je lichaam vet efficiënter te gebruiken als brandstof. Zo kun je uiteindelijk langer en sneller lopen met minder moeite. Hoe haal je het meeste uit kwaliteitstrainingen? Behandel ze als een
wedstrijddag Omdat kwaliteitslopen
doelbewust zijn, begint de voorbereiding al vóórdat je je schoenen aantrekt.
'Je hoeft niet te racen tijdens deze trainingen, maar het helpt om ze met
dezelfde aandacht te benaderen als een wedstrijd', zegt Johnson. Dat betekent:
goed eten de avond ervoor, zorgen voor voldoende slaap, comfortabele kleding
dragen en eventueel energie meenemen voor onderweg. Zeker als je meer dan een
uur hardloopt. 'Zie het als een training die meer van je vraagt dan een rustige
duurloop'. Pace goed, maar overdrijf niet 'De meeste kwaliteitslopen
moeten op zo’n 75 tot 80 procent van je maximale inspanning'. 'Veel lopers
denken dat ze zich volledig moeten geven, maar het doel is niet om je fitheid
te bewijzen. Het is om fitheid op te bouwen.' Maak je dus niet druk om exact
tempo; het hoeft niet perfect. Combineer met krachttraining Er is een bekende stelregel:
houd je makkelijke dagen echt makkelijk, en je zware dagen zwaar. Plan
krachttraining daarom op dezelfde dag als je kwaliteitsloop (na de loopsessie)
en eet goed tussen beide in. Zo blijven je hersteldagen echt rustmomenten. Neem tijd voor herstel Een kwaliteitsloop is pas
voorbij als je herstel begint. Deze trainingen vragen veel van je lichaam, dus
voeding en hydratatie zijn cruciaal. 'Spring na je intervaltraining of lange
duurloop niet meteen weer in werk of gezinsleven'. 'Goed herstel is wat je
klaarstoomt voor de volgende sessie.' Luister naar je lichaam Let op hoe je lichaam
reageert. 'Tempo is slechts een uitkomst'. 'Het gaat erom dat je leert voelen
wat verschillende inspanningsniveaus met je doen.' Ben je te vermoeid? Verlaag
de intensiteit of neem een extra rustdag. Te veel belasting zonder herstel
leidt tot overtraining, blessures en uiteindelijk minder vooruitgang. Kortom: kwaliteitslopen zijn
niet bedoeld om elke keer tot het uiterste te gaan, maar om slim, doelgericht
en met aandacht te trainen. Zo word je een sterkere, efficiëntere en
gelukkigere hardloper. (bron) |
zondag 26 oktober 2025
Wat ‘kwaliteitslopen’ echt betekenen voor je training
Labels:
Trainingstips - trainingen
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)

Geen opmerkingen:
Een reactie posten