Hoe vaker je gaat trainen, des te beter je wordt. Maar waar ligt de grens? |
Hoeveel zuurstof de spieren op
kunnen nemen, wordt uitgedrukt in de maximale zuurstofopname (VO2max). De
hoogte ervan is deels genetisch bepaald, maar wanneer je begint met trainen is
het mogelijk de VO2max met zo’n 10 tot 15% te doen toenemen. Daarna zal verdere
training weinig effect hebben op je VO2max. Toch kun je ook daarna nog
verbeteren in je prestatie. Andere ontwikkelingen in je lichaam spelen daarbij
een rol. Zo leert je lichaam om efficiënter gebruik te maken van lactaat en
verbetert de vetverbranding zodat er op hogere snelheden glycogeen wordt
bespaard. Deze veranderingen kunnen jaren in beslag nemen.
Intensiteit of volume
Een paar jaar geleden
verscheen er een uitgebreide studie met als titel: Training for intense
exercise performance: high-intensity of high volume? (Trainen voor prestaties
op een hoge intensiteit; hoge intensiteit of een groot volume)? In het artikel
geeft Paul Laursen, professor aan de Australische School of Exercise,
Biomedical and Health Sciences, een overzicht van de wetenschappelijke studies
die onderzocht hebben of hoge intensiteit dan wel groot volume van trainingen
de voorkeur geniet.
Voordeel intensieve trainingen
voor goed getrainde lopers
Laursen concludeerde dat zeer
goed getrainde atleten die gewend zijn veel kilometers te maken, veel baat
kunnen hebben bij trainingen op een zeer hoge intensiteit. Na twee tot vier
weken met daarin 6 tot 8 intervaltrainingen op een zeer hoge intensiteit zou
het gaan om een verbetering van 2-4% in prestatie. Deze training zorgt bij deze
atleten vooral voor een verhoging van de lactaatdrempel, een efficiëntere
vetverbranding en een grotere capaciteit voor de verwerking van lactaat in de
spieren. Bij minder getrainde atleten zorgt trainen op een hoge intensiteit
vooral voor een verbetering van de oxidatieve capaciteit (de VO2max).
Eerst de basis
Er wordt verondersteld dat een
goede aerobe basis nodig is om de specifieke aanpassingen van trainingen op
hoge intensiteit mogelijk te maken. Deze basis kan zowel met training op een
hoge intensiteit als lange trainingen op een lagere intensiteit worden gelegd. Trainen op een hoge
intensiteit geeft, vooral voor beginnende lopers, een verhoogd risico op
blessures. Ook is de kans op overtraining groter. Er wordt daarom al snel een
grens bereikt aan de hoeveelheid training op een hoge intensiteit die nog
effect heeft. Het opvoeren van meer training op een lagere intensiteit zorgt
voor minder risico (mits geleidelijk).
Bij 3 tot 4 keer trainen?
Gebruikelijk is de vuistregel
om bijvoorbeeld bij 3 tot 4 keer trainen in de week, 1 intervaltraining te
houden. 3 tot 4 keer trainen in de week is een planning die veel lopers
aanhouden. Je hebt nu eenmaal meerdere dagen nodig hebt volledig en verantwoord
herstel.
Tips voor de beginnende
hardlopers:
1) Start niet met
intervaltraining voordat je makkelijk 30 minuten kunt hardlopen.
2) Je kunt als beginnend
hardloper intervaltraining toepassen, maar stel de intensiteit lager. Bij
intervaltraining wordt vaak op het maximaal haalbare niveau van de sporter
gelopen. Ben je beginner, dan kun je de voordelen van de interval meenemen door
matige intervals te lopen maar wel sneller dan het duurlooptempo waarop je
gewend bent te lopen.
3) Blijf goed op je ademhaling
letten. Vooral als je die weer snel onder controle hebt na een interval,
herstel je makkelijker. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten