Zowel fysiek als mentaal vraagt het soms veel van je om door te zetten |
Hoe voorkom je die situatie?
Het antwoord lijkt simpel: je
duurloop inkorten. Maar dan ga je voorbij aan het belang van de lange rustige
duurloop als trainingsmiddel. Voor de meeste hardlopers is inkorten daarom geen
optie. Zowel fysiek als mentaal vraagt het soms veel van je om door te zetten.
Tips om van je duurloopdip een duurloopkick te maken.
Geduld
Bouw het aantal kilometers van
je duurloop geleidelijk op. Maak de duurloop niet langer als je merkt dat je
lijf nog veel moeite heeft met de huidige afstand. Wil je ooit een marathon
lopen, trek er dan ten minste een jaar voor uit om rustig naar de gewenste
trainingsbelasting toe te groeien. Als je de lange duurloop in drie maanden
tijd van 1 naar 3 uur verlengt, dan mag je niet verwachten dat je lichaam zich
daar in die korte tijd op aanpast. Hetzelfde geldt voor je hoofd: ook die moet
leren goed om te gaan met langere inspanningen.
Snelheid
Kies een rustig en ontspannen
tempo voor de langere trainingen. Je ademhaling is zodanig onder controle dat
je nog gemakkelijk een gesprek voert. Zo voorkom je dat je een te groot beroep
doet op de beperkte voorraad koolhydraten en dus “de man met de hamer” (het
plotseling energietekort) niet tegenkomt.
Verzorging
In de tweede helft van je
lange duurloop kun je vocht- en/of energietekort hebben. Allebei maken het
extra zwaar om door te lopen. Zorg dus onderweg voor voldoende aanvulling en
neem meteen vanaf de start regelmatig vocht en energie in, bijvoorbeeld in de
vorm van gelletjes.
Plan
Zorg dat je een plan hebt als
je de deur achter je dichttrekt voor een trainingsronde. Je moet weten wat je
met die training wilt bereiken. Het moet helder zijn welke afstand je gaat
lopen, welke snelheid je moet aanhouden, wanneer en hoeveel vocht en energie je
inneemt. Denk vooraf ook na wat je kunt doen als er onverhoopt iets misgaat
tijdens de training.
Route
Kies een leuke, gevarieerde
route in een omgeving die je aanspreekt. Je hoeft niet perse vanaf je huis te
vertrekken. Je kunt er met de fiets, de auto of het OV naartoe gaan. Een andere
variant: neem de trein naar een station in de buurt en loop vanaf daar,
eventueel met een omweg, terug naar huis. Of vraag iemand je op weg naar huis
eerder uit de auto zetten en dan loop dan terug naar huis.
Solo of samen
Loop je alleen, dan helpt het
soms om onderweg naar je favoriete muziek te luisteren, naar de radio, een
podcast of een luisterboek. Doe dit uiteraard alleen in een omgeving waar je
dat veilig kunt doen. Loop je met een bekende, gebruik dan de duurtraining om
weer eens goed bij te praten. Het is slim om de voorbereidingslopen, die horen
bij de grote marathons, te doen. Of loop een wedstrijd over 21 km of 30 km mee
als duurtraining. Voordeel: gezellig veel loopmaatjes én verzorgingsposten
onderweg.
Leermomenten
Ook al heb je veel ervaring;
je lichaam fluistert je bij langere inspanningen vroeger of later in dat je
maar beter kunt stoppen. Het hoort erbij en in plaats van je ertegen te
verzetten, kun je leren daar steeds beter mee om te gaan. Beschouw de negatieve
gedachten die dan door je hoofd gaan, en probeer die te vervangen door
positieve. Gedachten als ‘pfftt… wat is het zwaar’ of ‘ik moet nog zo ver’ kun
je veranderen in ‘hier word ik een betere loper van’ of ‘het gaat niet
makkelijk maar ik weet dat ik het aankan’. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten