zondag 14 augustus 2016

3 daagse trail oriëntatieloop in Eisden-Maasmechelen(B)

Henrie Drenthel (links) en Andre Bleumink
Na het letterlijke trail hoogtepunt van Henrie Drenthel en mezelf tijdens de Cortinatrail in Italië hadden we eigenlijk nog een meerdaagse in de planning. De Druidenlauf in de Duitse Eifel werd echter afgeblazen vanwege het feit dat de natuurcamping, die als basis gebruikt zou worden, weggespoeld was in de overstromingen in het voorjaar. Op zoek naar een nieuwe uitdaging dus. Iets kleinschaligs en een hoge fun-factor zochten we, alleen maar zware wedstrijden lopen is immers ook niet vol te houden. Na wat zoeken vonden we op de kalender van MudSweatTrails iets bijzonders, de 3 Days of Limburg oriëntatiewedstrijd in Belgisch Limburg. Naast de 3-daagse oriëntatiewedstrijd organiseerden ze ook een 2-daagse trail oriëntatieloop. Daarbij kon je dan tegen een gereduceerd tarief ook op de maandag nog een echte oriëntatieloop meedoen. Een e-mailtje naar de organisatie leerde ons dat het tijdens de trail-oriëntatie wedstrijden redelijk eenvoudig kaartleeswerk zou worden. Een tweedaagse trail waarbij je de route van de kaart moest lezen in plaats van een lijntje op de GPS-handheld, dat moest toch lukken. We konden ook nog eens als duo inschrijven, twee keer zoveel lol onderweg dus en twee keer zoveel kans om ook de finish te vinden.

Zo vertrokken we vrijdagmiddag richting België om ons basiskamp op de camping in te richten, op de grote speelplaats/sportveld van een typisch Belgische basisschool in Eisden-Maasmechelen. Het was daar al een drukte van belang. De leden van de organiserende vereniging Omega kampeerden ook ter plekke en niet alleen hun kinderen liepen overal rond. Ook deelnemers uit meerdere landen hadden vaak hun kinderen bij zich. We hadden geen idee dat oriëntatielopen zo’n familiegebeuren was, maar er bleken klasses deelnemers te zijn in leeftijden variërend van 10 tot 80 jaar. Een apart wereldje, maar wel lekker ontspannen qua sfeer. We voelden ons al snel thuis. ’s Avonds gingen we maar eens een Kompel biertje proeven bij de organisatie om nog wat informatie los te peuteren hoe één en ander in zijn werk ging. De informatie die we hadden gekregen was nogal karig en bij een biertje praat het wat makkelijker. Zo kwamen we er achter dat de afstand van 2×30 km een benadering was, als je alles goed liep. We gingen ons daar niet druk over maken als het maar een mooi parcours was, wat ze heel plezant vonden. Over de optionele wedstrijd van maandag deden ze wel wat lacherig, geen idee wat er nu zo grappig was. Na een campingavondje met een paar biertjes en Olympische Spelen op tv lagen we er bijtijds in. De start zou zaterdagmorgen best op tijd zijn en een goede voorbereiding is het halve werk nietwaar. ’s Morgens na het ontbijt was het inpakken van de rugzak het grootste probleem. Aangezien het best mooi weer zou worden en er geen verzorgingsposten onderweg waren, moest je alle eten en drinken voor onderweg zelf meesjouwen. Teveel weegt  flink door, maar te weinig wil je zeker niet. De kleding was een stuk makkelijker aangezien het lekker weer werd.

Na de start lag het kleine startveld al snel uit elkaar en liepen we met zijn tweetjes de weg te zoeken op de kaart. Het was even wennen met een echte kaart van 1:15000, maar al snel begon het te wennen. Het kompas kon rustig in de rugzak blijven en het genieten kon beginnen. Het tempo lag laag in verband met een kleine blessure bij Henrie, maar het ging verder gestaag. Wat een mooi gebied, niet heel heuvelig, maar van het ene mooie bos ging je zo het andere mooie bos in. Zoekend naar de checkpoints op de kaart waar elektronisch ‘geklokt’ moest worden liepen we de kilometers eigenlijk vrij gemakkelijk weg. Af en toe werd je door een uitroeptekentje op de kaart geattendeerd op een oversteek. Dat kon dan zomaar een drukke vierbaansweg zijn, maar ook een spoorweg. Eigen verantwoording was het  devies. Na een kilometer of 30 genoten te hebben van niet al te moeilijk terrein hadden we het eind al weer in zicht op de kaart. Niet helemaal duidelijk was echter wat de witte vlekken waren die op de kaart stonden, het leek een afgraving of zo. Tot onze verbazing was het eigenlijk het tegendeel van een afgraving. Een aantal zogenoemde terrils doken voor onze neus op. Reusachtige heuvels van 60 tot 80 meter hoog, bestaand uit afval van de mijnen van vroeger. Inmiddels overgroeid en met kronkel paadjes die naar en over de toppen voerden. Uiteraard mochten we daar overheen, en toen nog een keer en nog een keer. Steunend en kreunend in de toch wel warme middagzon sleepten we ons naar boven. Om er bij de laatste achter te komen dat we er eigenlijk ook tussendoor hadden gekund als we slimmer waren geweest.
Na ruim 36 km en ruim 4 1/2 uur kwamen we over de streep. Derde in onze categorie, luid gejuich van het publiek was ons deel. Wisten zij veel dat er maar drie teams waren in onze categorie. Wij hadden lekker gelopen en mochten nu ook nog even bijna twee kilometer terugwandelen naar de camping. Het Competition Centre waar we de finish hadden lag immers midden in de bush ergens op een pas gemaaid grasveld. Mooi stukje uitlopen dus. De volgende ochtend mochten we nog vroeger uit de veren, we zouden al vroeg met een busje naar de start gebracht worden. De wekker op kwart over zes om alles klaar te kunnen hebben en op tijd bij het gezamenlijke ontbijt te zijn. Daar bleken we een stukje briefing gemist te hebben, de langzaamste teams van de dag ervoor werden een uur later pas weggebracht. Hadden we dus nog even kunnen blijven liggen. Maar het was een mooie gelegenheid om wat te kletsen met onze medestrijders en de organisatie. Geen enkele stress te bekennen. Na ruim een half uur rijden mochten we onze kaart in ontvangst nemen en zagen we de route terug naar de finish. Het zou een warme zonnige dag worden en ik zag vooral veel heidevelden waar we doorheen mochten. De zwarte teamshirtjes die we hadden uitgekozen ‘omdat die zo lekker slank afkleden’ konden  wel eens een verkeerde keuze zijn. Het is echter zoals het is en we gingen weer in een lekker rustig tempo op weg. Het vinden van de route en de punten koste weinig moeite, maar op één punt moesten we even echt zoeken naar het juiste pad. Verder was het vooral erg mooi en heel erg rustig op de bloeiende heide. Af en toe zagen we wandelaars, waaronder meerdere keren een aantal collega-deelnemers die de 2×15 km versie al wandelend deden.
Halverwege kruiste ons pad een camping waar we gelukkig onze watervoorraad weer konden bij vullen bij een kraantje. We zweetten immers de hele dag als een paar otters in de zomerzon en onze waterzakken raakten vlotter leeg dan gedacht. Met volle waterzakken en nieuwe moed gingen we weer op weg richting finish.  Het rustige starttempo bleek een gouden zet, we konden het tot op het laatst volhouden zonder echte problemen. Na bijna 4 1/2  uur en bijna 34 km kwamen we weer over de streep. Weer derde in onze categorie, en dus ook derde in het eindklassement. ’s Avonds na een bezoekje aan de Pizzahut maar weer eens met de organisatie een biertje gedronken. We snapten namelijk helemaal niets van de oriëntatiewedstrijd van de volgende dag waar we ons voor opgegeven hadden. Gelukkig was er iemand om ons meer uitleg te geven over de IOF kaarten die gebruikt zouden worden en de diverse technieken en tactieken die er waren. Wij wisten immers nergens van, totaal onwetend. Stikkend van de lach over die Hollanders  die gewoon zo lang mogelijk onderweg wilden zijn schreven ze ons in voor de Long Difficult versie van wel 7 kilometer. Daar zouden we toch zeker een uurke of anderhalf mee bezig zijn… voor mezelf deed ik dat maar keer twee. We mochten gelukkig wel samenlopen en dat vergrootte de kans op succes.
Bij de start stelden we de volgende ochtend nog wat domme vragen aan de mevrouw die de kaarten uitreikte. Ze schudde het grijze hoofd over zoveel onwetendheid, maar liet ons toch maar vertrekken. Het eerste punt vinden was meteen erg moeilijk. De kaart was 1:10000 en heel erg gedetailleerd. Maar dat moet je dan wel in het echt weten om te zetten naar een gebied met dichtbegroeide bosjes, rotsen, gaten en heuvelruggen. Toen we na 17 minuten punt 1 gevonden hadden van  de 19 keken we elkaar zuchtend aan. Waar waren we aan begonnen. Gaandeweg kregen we het spelletje door en begonnen we slimmer gebruik te maken van onze sterke punten. Wel vaak wat verder omlopen, maar daardoor beter uitkomen bij het volgende punt. Het bleek razend moeilijk te zijn om sommige punten te vinden, terwijl andere redelijk eenvoudig waren. Uiteindelijk was er maar eentje die we zelfs na meer dan een half uur nog niet konden vinden. Op de steile helling van één van de terrils vonden we allerlei punten, maar geen eentje met het goede nummer. Uiteindelijk moesten we opgeven en de rest van de punten gaan zoeken. Ik denk niet dat de organisatie verwacht had dat we op één na alle punten zouden vinden, maar wij hadden onderweg eigenlijk de grootste lol. Het was 3 1/2 uur ouderwets spoorzoekertje spelen in het bos, waarbij je gewoon dwars overal doorheen mocht banjeren. Kom daar in Nederland maar eens om. Een geweldig weekend was het uiteindelijk. Veel nieuwe mensen ontmoet en veel geleerd over oriëntatielopen en het gebruik van kaart en kompas. Zeker de moeite waard, ook voor trailrunners. Blijkbaar zijn er in Nederland ook diverse clubs en mogelijkheden om wedstrijden te doen. Op de site van de NOLB is meer informatie hierover te vinden.



Mijn foto’s op Facebook 

Andre Bleumink


Geen opmerkingen: