Herbert Luimes |
In 1995 nam Luimes het initiatief tot de eerste mini-survivalrun in Dinxperlo. "Ik was net begonnen met mijn outdoor-bedrijf in De Heurne en vond dat er een mini-survivalrun moest komen: laagdrempelig en voor kinderen. Een paar jaar later is die uitgegroeid tot de grote Dinxperloop.'' Was destijds survivalrunnen een nog opkomend fenomeen, inmiddels is de sport niet meer weg te denken. Luimes: "We begonnen met 100 deelnemers aan de start en het werden er elk jaar meer. Het aantal schommelt al weer jaren rond de 950. De deelnemers komen overal vandaan: Groningen, Amsterdam, Venlo, er doen zelfs een paar Duitsers mee. Dit jaar gaan we voor het eerst door de grens van duizend deelnemers. Dan zitten we ook al aardig op het maximum. Met meer deelnemers zouden er te veel mensen op het parcours zijn.'' Dat heeft als nadeel dat mensen bij hindernissen lang moeten wachten. Iets wat Luimes nooit wilde. "Wij willen juist een run waar iedereen lekker door kan klimmen in de hindernissen en vlot kan doorlopen naar de volgende.''
Dit jaar is het parcours aangepast.
"Na negen jaar lang hetzelfde parcours van drie lussen, doen we het dit
jaar anders. We hebben twee lussen: een van 5,5 kilometer en een van 2,5
kilometer. Die laatste lus is het bekende zware toetje.'' Vijf jaar na de eerste run
werd de Dinxperloop ondergebracht in de Stichting Survival Dinxperlo waar
Luimes vanaf 2010 voorzitter van was. Vijf jaar daarvoor werd de
survivalvereniging Ropes & Running opgericht. De vereniging was in 1996
begonnen als trainingsgroep met tien leden, nu zijn het over de vijfhonderd. De
trainingen zijn op het terrein van Luimes aan de Bargerdijk. "Een
uitgebreide accommodatie die we steeds weer aanpassen'', zegt hij.
Complexe hindernissen
'Inhoudelijk' is de
survivalrun in al die jaren behoorlijk veranderd. "Eerst had je alleen
enkelvoudige hindernissen: een wand of een kort stukje apenhangen aan een touw.
Maar nu zijn ze veel complexer en veel langer. We zijn op ons terrein aan de
Bargerdijk met een nieuwe installatie bezig. Die wordt 65 meter lang, een
installatie waar je kunt blijven klimmen. Het is allemaal diverser, complexer
en technischer geworden.'' Hoe bedenkt hij zo'n
installatie? "In de eerste plaats een dikke duim en als je bij een andere
run iets ziet wat interessant is, dan ga je dat overnemen. Omgekeerd gebeurt
dat ook. Dat vindt iedereen ook prima. Zo kun je elkaar sterker maken.'' Elke survivalrun is spannend
en verrassend, vertelt Luimes. "Je weet niet wat je tegenkomt. Elke
organisatie drukt zijn eigen stempel op de wedstrijd. De een heeft meer een
loopparcours, de ander juist hindernissen. In Beltrum wordt meer gebruik
gemaakt van de natuur, daar zie je touwen tussen de bomen. In Gendringen zijn
juist andere hindernissen.''
Examens jeugd
Op zijn terrein bevindt zich
ook een 'examenblok'. "Leuk voor de jeugd'', zegt Luimes. "Die kan
hier drie diploma's halen: brons, zilver en goud. Er komt een examinator die
kijkt of ze de technieken beheersen en dan krijgen ze van de bond een
survivaldiploma. Daaruit blijkt dat ze bepaalde vaardigheden beheersen, bijvoorbeeld
een apenhang. Je kunt het verschil zien met jongens die net beginnen. Die zien
er uit alsof ze een zware ruzie hebben gehad, ze zijn bont en blauw doordat ze
nog een stukje techniek missen.'' Dit blok is tijdens de 25ste
Dinxperloop de start van de tweede ronde en hiervoor omgedoopt in het
ABG-Herexamenblok.
Aan de Dinxperloop gaat een
behoorlijke voorbereiding vooraf, zegt Luimes. "Waar in de beginjaren de
run in een dag werd opgebouwd en direct na de wedstrijd weer werd opgeruimd
hebben we nu vijf zaterdagen nodig om alles voor elkaar te krijgen. Wel lukt het
nog steeds om in de middag na de wedstrijd alles weer op te ruimen", zegt
Luimes. "Dit is natuurlijk niet mogelijk zonder al mijn
mede-bestuursleden, die bergen met werk verzetten, en niet zonder de 150
vrijwilligers die helpen met de opbouw, het jureren en het opruimen op de
wedstrijddag en niet zonder al die sponsoren van de Stichting Survival
Dinxperlo. Al die mensen ben ik dank verschuldigd. Zonder hen zou de
Dinxperloop niet zo'n fantastische run zijn.''
Nu de 25ste Dinxperloop voor
de deur staat, is Luimes bezig met de toekomst. "Ik ben langzaam aan het
afbouwen. Ik stop als voorzitter van de stichting. Er is een opvolger: Niek
Heijink. Verder ga ik mijn bedrijf langzaam maar zeker overdragen aan mijn
dochters. Over een jaar of vier, vijf ben ik zeventig. Dan wil ik alles hebben
overgedragen. Langzaam loslaten. Als je dat in een keer doet dan is het lastig,
het is wel je kind hè?'' (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten