woensdag 16 juli 2025

Uit de oude doos: Som loopt de Olympische limiet (2000)

Bram Som

Deze zomer gaat de redactie van Aalten Vooruit terug naar memorabele sportmomenten.

We schrijven 25 jaar geleden, locatie is het knusse Hechtel in België waar de dan 20-jarige Gaanderense atleet Bram Som zich deze 5 augustus tijdens de 'Nacht van Hechtel' wil plaatsen voor de Olympische Spelen in Sydney. Het is voor hem een van zijn laatste kansen de limiet op de 800 meter te lopen, en in voorgaande wedstrijden hikt hij er tegenaan. Als journalist ben ik er vast van overtuigd dat Som het in België gaat redden, en hoewel mijn opdrachtgever me niet die kant op stuurt voor een reportage, 'hij haalt het waarschijnlijk toch niet', rijd ik als jonge journalist deze zaterdag toch maar op de bonnefooi naar Hechtel.

Daar aangekomen kost het heel wat praten om een plekje op de perstribune te bemachtigen. Groot is de verbazing bij een Achterhoekse 'concullega' die wel voor een reportage was afgereisd, en niet zo blij is met mijn aanwezigheid. Hij ziet plots zijn mogelijke scoop in het water vallen. De atleet in kwestie, lid van Atletico'73, trekt zich er weinig van aan. 1.44.70 minuten is de limiet en gegangmaakt door haas Youri Voltman komt hij na een rappe eerste ronde door ergens in de 51 seconden.

Uiteindelijk snelt Som naar 1.44.53 minuten en wordt hij derde. De ontlading is enorm groot, de tickets voor Australië kunnen worden geboekt. 'Bedankt dat je er was', zegt hij in een eerste reactie. Ik lach in mijn knuistje. Mijn voorgevoel heeft me niet in de steek gelaten. Op de redactie vinden ze het een dag later niet heel grappig dat ik erbij was. Maar ze willen opeens wel graag een verhaal van me. Met een grote grijns tik ik het verhaal.

Waarom ik me dit zo goed herinner? De prestatie op zich, mijn voorgevoel, de locatie én de terugreis. De auto van mijn concullega begeeft het onderweg. Ik zie hem staan langs de snelweg, stop en sleep de auto naar het eerstvolgende tankstation. Hier brengt de wegenwacht de betreende 'voiture' weer aan de praat, waarna ik mijn weg vervolg. Mijn collega was dus stiekem toch nog een beetje blij met mijn aanwezigheid. (bron)

Remko Alberink

Geen opmerkingen: