zondag 13 maart 2016

Verslag van de Dragon Ultra Trail in Bad Honnef (Siebengebirgte - D)

van links naar rechts Andre Bleumink, Henrie Drenthel en Heini Rave
Beating the Dragon

Het trailseizoen is volop losgebarsten. Trans GranCanaria, Sallandtrail, Cretes de Spa, volop aanbod van grote en uitdagende wedstrijden. Toch hadden Henrie, Heini en ik daar niet voor gekozen. In plaats daarvan hadden we een kleine en onbekende trail bij onze oosterburen gekozen. De Dragon Ultra Trail  wordt georganiseerd door Michael Frenz die ineens bekendheid heeft gekregen door het winnen van de Legends Trail in België, een extreme race van 250 km in de Ardennen in winterse omstandigheden. Daar had bij ons een belletje moeten gaan rinkelen afgelopen week…

Het Siebengebirge is een heuvelachtige streek waar we al eerder mooie wedstrijden hebben gelopen, op een kleine twee uur rijden. De afstand van 50 km en de 1900 hoogtemeters maakten het tot een potentieel stevige uitdaging, maar ook een prima voorbereiding voor onze bergwedstrijden komende zomer. De kleinschaligheid sprak ons ook wel aan en zo zaten we zondagmorgen 13 maart om half zeven in de ochtend in de auto. We parkeerden de auto bij het station. Het parcours voerde nl. van Bad Honnef naar Bonn en we zouden dan met de trein terug moeten naar onze auto.

Voor een paar euro bracht een taxi ons naar de startlocatie, waar we persoonlijk en hartelijk ontvangen werden door Michael. Toen bleek ook hoe kleinschalig het was, zo’n beetje iedereen kende elkaar blijkbaar. Na een laatste headcount en een briefing gingen we met zo’n 50 lopers van start voor ons avontuur. Het avontuur werd nog wat groter door het feit dat de route niet uitgepijld was en je dus met via een gps-track de route moest zien te volgen. Dat was een detail dat ik niet had meegekregen, mijn gps-handheld had ik dus niet bij me. Gelukkig hadden Henrie en Heini beide de route op hun horloge en ik had hem nog op mijn smartphone. Het eerste stuk zou het overigens geen probleem zijn, er liepen steeds mensen voor ons in het zichtveld die we konden volgen.

Vrijwel meteen na de start werden we met de neus op de feiten gedrukt. Een helling zo steil als een trap, maar dan een paar honderd meter hoog. Dat zette meteen de toon voor de hele dag. Klauterend over een modderig pad bezaaid met takken en stenen omhoog, kuiten en bovenbenen die meteen al begonnen te branden. Eenmaal boven werd het even zoeken, maar via een stukje dwars door het bos kwamen we weer op de route. Prachtige paadjes die varieerden van bosbouwpaden tot smalle singletracks voerden ons door de heuvels. Geweldige omgeving waarbij de lange klimmen steeds beloond werden met prachtige vergezichten.

Waar in het begin eigenlijk steeds andere lopers in beeld waren en we op de lopers voor ons konden afgaan, moesten we gaandeweg steeds meer op onze eigen navigatievaardigheden vertrouwen. Dat ging ook steeds beter en we kregen er echt lol in. Na een paar foutjes hadden we bijvoorbeeld al snel door dat je in geval van twijfel tussen een paadje iets links naar beneden en een paadje iets meer rechts omhoog altijd naar boven moest gaan. Niet dat dat persé goed was, maar het is makkelijker om een helling dwars door het bos naar beneden af te steken dan diezelfde helling moeizaam op handen en voeten omhoog te klauteren.

Op sommige stukken liepen we moederziel alleen in het bos, met hooguit wat lopers in de buurt. Op andere stukken was het best druk in het bos. Wandelen met het gezin op zondag is in Duitsland heel populair, zeker als het mooi weer is. Op de Drachenfels bijvoorbeeld was het gewoon druk, maar de vijftig lopers van de Dragontrail stoorden verder niemand. Waarschijnlijk merkte ook niemand dat er überhaupt een wedstrijd was, we hadden namelijk niet  eens startnummers gekregen. En op de steilere stukken naar boven wandelden we hooguit iets sneller dan de gemiddelde wandelaar.

Op ongeveer de helft van de route was de enige verzorgingspost en konden we onze watervoorraad aanvullen en wat lekkers pakken van de tafel. Aangezien de temperatuur ’s morgens maar net boven het vriespunt was en maar mondjesmaat opliep was het waterverbruik ook niet hoog en was die ene post voldoende om mijn twee bidonnetjes weer te vullen. Twee posten was prettiger geweest omdat het later op de dag wel iets warmer werd en dus ook wat dorstiger. Maar dat had iedereen van tevoren kunnen bedenken en je kon dus ook meer zelf meenemen. Een hoog autonomiegehalte heeft ook wel wat.

Na de verzorgingspost kwam er een kilometerslange klim naar de laatste hoge heuveltop. Maar als dacht dat het daarna alleen maar naar beneden liep kwam je bedrogen uit. Hoewel het in grote lijn wel naar beneden liep zaten er nog een aantal bijzonder steile klimmen in over behoorlijk technisch terrein. De vermoeidheid begon langzamerhand door te drukken en het was dan ook zaak om goed op te blijven letten om niet te vallen. Als het geen boomwortels en stenen waren die in de weg lagen, dan waren er wel bosbouwers aan het werk geweest en kon je je weg zoeken over en onder omgezaagde stammen en takken.

Mijn bovenbenen begonnen het inmiddels redelijk op te geven, klimmen op macht is niet mijn sterkste kant. Ik was echter niet de enige, we liepen nl. al een aantal kilometers samen met een loper uit Lübeck die hetzelfde probleem had. Voor vlaklanders is het steile klimmen en dalen iets wat je niet echt kunt trainen. Heini, koning van de Winterswijkse vuilnisbelt, had er echter weinig problemen mee. Als een berggeit liep hij naar boven. Ook Henrie had er niet heel veel problemen mee. Maar we bleven als groep bij elkaar, ook al omdat dat uit navigatieoogpunt wel verstandig was. Als de ene de afslag niet zag dan zag de ander hem wel. En als ik in mijn eentje had gelopen was ik vast ook blind langs de fotoshoot met de naakte dame gelopen die op nog geen 150 meter van het pad gehouden werd… Maar aangezien we net met een lekkere afdaling bezig waren had ik alle aandacht bij de weg voor me.

De laatste kilometers voerden ons langs de Rijn naar het gebouw van de roeivereniging. Hoewel het de makkelijkste kilometers waren vielen ze me heel zwaar. Totaal verrotte bovenbenen maakten me het lopen in iets meer dan een dribbel onmogelijk. Maar na een kilometer of drie afzien op het asfalt was daar dan toch de finish. We mochten ons afmelden bij Michael en kregen onze oorkonde en een lekker alcoholvrij biertje. Een heerlijk warme douche was de bonus. Wat een geweldige dag was het. Super zwaar, maar geweldig mooi. De spierpijn in mijn benen die ik nu al een paar dagen heb meer dan waard. Een draak versla je immers niet elke dag.

Geen opmerkingen: