donderdag 5 maart 2015

Column: Erwin’s zin en onzin - deel 70

Mijn eerste stapjes
Ik neem net een slok van mijn vers gezette bakkie Beukenhorst Koffie, als Patrick Ikink binnen stormt met een rode kop. "Ook een Bakkie" roep ik terwijl ik net mijn waffel brand. "Nee, we moeten opschieten, Sabine zit nog in de auto te wachten." Nu een blaar op mijn tong toch niet meer te vermijden is, gooi ik ook de rest van de koffie maar achterover en spoed me richting de auto. Samen gaan we naar het Duitse Vreden, voor de - weet ik hoeveelste - 'Volkslauf'.

Net als de twee Ikinkjes doe ik mee aan de vijf kilometer. De Montferland Run van begin december was mijn laatste wedstrijd, dus het wordt een uitdaging, De conditie is, na mijn bezoekje aan Argentinië, niet om over naar huis te schrijven. De eerste trainingen op Hollandse bodem verliepen op zijn zachtst gezegd belabberd. Al bij het inlopen hoestte ik bloed, Tijdens het knie heffen begon ik te hyperventileren en als ik mijn veters strikte, kon ik niet meer overeind komen van de kramp. Maar niet getreurd. Er is weer iets van een stijgende lijn zichtbaar en, wie zal het zeggen,  gaat straks de Halve in Venlo toch nog een persoonlijk succesje worden.

Enfin, ik dwaal af. Eerst even een huishoudelijke mededeling. Omdat ik twee weken terug een column over Patrick schreef en nu wederom een halve pagina aan hem wijd, zijn er vast mensen die denken dat hij één of andere rare obsessie voor mij is. Dit wil ik met alle ernst tegenspreken. Dat Patrick nu wederom een hoofdrol speelt, is gebaseerd op louter toeval.

Als we de auto parkeren vlakbij start/finish, wanen we ons even in de jaren 80. De 400 meter sintelbaan en het oude schoolgebouw hebben wat ‘oostbokkerigs’, maar anderzijds heeft dit grauwe aangezicht ook wel weer zijn charme. Het enige dat doet denken aan een gezellige Duitse citylauf, is de niet te missen bokworstenlucht. Vlak voor de start lopen we ook nog ‘De Bolle van Grolle’ tegen het impulsante lijf. De nieuwste aanwinst van het Ava-competitieteam, loopt ook de vijf kilometer.

‘Kamikaze Ikink’ gaat er als een dolle stier vandoor. Ik besluit hem te laten lopen, hopelijk krijgt hij nog een inzinking. 800 meter na de start sluit ik bij hem aan en besluit om er direct vandoor te gaan. Nog steeds heb ik geen idee hoe het met mijn vorm is. Ik houd het tempo hoog, voor mijn doen dan.., en ik kijk wel hoelang het motortje blijft draaien. Het parcours is rechttoe-rechtaan. Velen zouden dit rondje als ‘saai’ bestempelen, maar ik ben er dol op! Na drie kilometer probeer ik aansluiting te vinden bij survivallaar Tom Waalder. Ik nader hem tot op vijf meter, maar ik krijg het, potverdikke, niet voor elkaar om het gat dicht te krijgen. De laatste anderhalve kilometer gaan moeizaam. Meter voor meter verlies ik terrein om Tom. De laatste 400 meter worden op de atletiekbaan gelopen. Ik zet nog iets aan, maar het lukt me niet om onder de 19 minuten te duiken. Ik blijf steken op 19.03 minuten. Een tijd waar ik ontzettend tevreden mee ben. Ik heb nog dik twee weken om mij voor te bereiden op mijn eerste halve marathon, tijd zat dus! 

Patrick komt na 19:28 minuten over de streep. Dirk-Jan is klaar na 21:41 minuten en Sabine (26:04 min)is na een flinke griep weer terug op niveau. 

Geen opmerkingen: