woensdag 19 augustus 2020

Hoe herken je knieschijfklachten?

Knieschijfklachten komen veel voor bij hardlopers
Knieschijfklachten, ook wel patellofemoraal pijnsyndroom genoemd, komen veel voor bij hardlopers of andere sporten waarin veel gerend wordt. Ook sporten waarbij veel gesprongen wordt (bijvoorbeeld turnen) en sporten waarbij veel druk op de knieën wordt gezet (fietsen, krachtsport) geven een verhoogd risico op knieschijfklachten. Daarnaast geven activiteiten als traplopen, hurken, en zitten met gebogen knieën vaak klachten.

Knieschijfklachten lijken meer voor te komen bij vrouwen dan bij mannen. Klachten kunnen erg wisselen per persoon. De klachten kunnen acuut ontstaan, maar komen vaker geleidelijk opzetten. De pijn zit meestal rondom de knieschijf, maar kan ook in de gehele knie gevoeld worden. Nogal eens zijn beide knieën aangedaan, maar ook eenzijdige klachten komen vaak voor. Klachten nemen vooral toe bij trap oplopen, fietsen, sprinten, hurken, squatten en lang zitten met gebogen knieën. De pijn trekt weer weg na rust en het strekken van de benen. De knie kan ook knakken of kraken, maar krakende/knakkende knieën komen ook veel voor bij mensen zonder enige knieklachten. Soms ontstaan knieklachten nadat iemand eerder eens hard op de knie ie gevallen.

De diagnose
De sportarts kan aan de hand van een goed uitgevraagde anamnese en het doen van gericht lichamelijk onderzoek de diagnose stellen. Aanvullend onderzoek met bijvoorbeeld foto’s of scans zijn in principe niet nodig. Wel kan aanvullend onderzoek gedaan worden om andere aandoeningen uit te sluiten.

Het ontstaan
Het precieze mechanisme waardoor de klachten ontstaan, is niet duidelijk. Vooral overbelasting van het knieschijfgewricht en de pezen en spieren hieromheen, vaak uitgelokt door een plotselinge toename van trainingsduur of trainingsintensiteit, is een grote boosdoener. Ook het te snel opbouwen van hardlopen bij de beginnende loper en sporthervatting op het oude niveau na ziekte of vakantie kan de klachten veroorzaken.

Risicofactoren
Te snelle trainingsopbouw is een belangrijke risicofactor. Daarnaast zijn er sterke aanwijzingen dat een verkorting, verminderde kracht of disbalans van de kracht van de been- en heupspieren kunnen bijdragen aan de klachten. Hierbij zou de knieschijf minder gecontroleerd over het kniegewricht schuiven en zo klachten kunnen geven. Anatomische variaties in de aanleg van het gewricht of de been as, beenlengteverschil, verkeerde looptechniek en het hebben van doorgezakte of platvoeten kunnen mogelijk ook op deze manier klachten veroorzaken. Dit is echter nooit duidelijk aangetoond in wetenschappelijk onderzoek.

Trainen of niet?
Pas de sportactiviteiten aan door minder lang of minder intensief te sporten. Bij hevige klachten is het zelfs verstandig even helemaal te stoppen met hardlopen. Het doorgaan met hardlopen terwijl er klachten zijn zorgt doorgaans dat er een vicieuze cirkel ontstaat waardoor het steeds lastiger wordt om klachtenvrij te raken. Een vervangende sport die de klachten niet uitlokt, bijvoorbeeld het trainen van het bovenlichaam of zwemmen is een uitstekend alternatief.

Wat kan ik zelf doen?
Vermijdt activiteiten die de klachten uitlokken. Dit zullen met name activiteiten zijn zoals fietsen met veel weerstand en/of een te laag zadel, diep squatten, diepe leg-press en trap oplopen. Sporten en bewegingen die geen klachten geven, mogen wel uitgevoerd worden. Fietsen met een lagere weerstand en met het zadel hoger kan vaak wel zonder klachten.

Het koelen met een cold pack gedurende 15 - 20 minuten kan kortdurend verlichting van de klachten geven, maar geeft geen verbeteringen op de lange termijn. Er zijn aanwijzingen dat het tapen van de knieschijf (McConell-tape) verlichting van de pijnklachten kan geven. Een (sport)fysiotherapeut kan hiermee helpen. Daarnaast zijn er braces te verkrijgen die bijdragen aan de juiste sturing van de knieschijf. Dit kan soms een goede (tijdelijke) hulp zijn zodat bijvoorbeeld ook oefeningen pijnvrij kunnen worden uitgevoerd.

Probeer in het dagelijkse leven zoveel mogelijk het buigen van de knie van meer dan 90 graden te vermijden (hurken, knielen, lotus houding bij yoga etc). Dit kan de klachten onnodig in stand houden of verergeren.

Bij afwijkingen van de beenas en/of voet kan het zinvol zijn steunzolen op maat te laten maken bij de sportpodoloog of orthopedisch instumentmaker. Draag deze inlays altijd in een neutrale schoen om overcorrectie te voorkomen!

Oefeningen
Een (sport)fysiotherapeut kan helpen met gerichte krachttraining van de been- en heupspieren. Met name de spiergroep aan de voorzijde van het been, de quadriceps, is een punt van aandacht. Hiervan is de spier aan de binnenzijde van het bovenbeen, de vastus medialis, een hele belangrijke. Voorbeelden van oefeningen zijn te vinden op www.sportzorg.nl/oefeningen/patellofemoraal-pijnsyndroom-knie

Daarnaast is het essentieel om ook bil- en rompspieren te trainen om meer stabiliteit vanuit het bekken te creëren en minder kneeing in (het naar binnen zakken van de knie bij de landing van de voet). (bron)

Geen opmerkingen: