zondag 3 juni 2018

Reisverslag van Walter Vaags van de Arctic Marathon op Spitsbergen

Walter Vaags
Hardlopen aan het einde van de wereld.

Ga je mee op avontuur!? …ergens in 2017 las ik dit ergens. Ik kwam terecht op een webpagina vol prachtige plaatjes en een bevlogen verhaal over een marathon op Spitsbergen. Deze archipel ligt in de Noordelijke IJszee op een sneeuwbalworp van de Noordpool en is eigenlijk van niemand. Sinds 1920 regelen de Noren er echter wat formaliteiten en noemen ze het ook wel Svalbard. Op enkele plekken zaten toen al Russen en die zitten er nog steeds. Ze hebben geen ruzie met de Noren, maar luisteren doen ze natuurlijk ook niet. Afluisteren waarschijnlijk wel. De marathon van Spitsbergen wordt elk jaar op de eerste zaterdag van juni georganiseerd en is officieel de meest noordelijke marathon op vaste grond. Met een bevolking van slechts 3000 is de binnenlandse deelname natuurlijk beperkt. Een enkele buitenlander trotseert af en toe de reis, maar hotels zijn schaars en met een gemiddelde zomertemperatuur van rond het vriespunt is kamperen ook niet populair. Op Spitsbergen leven meer ijsberen dan mensen dus het is verboden om zonder vuurwapen de deur uit te gaan. Omdat niet alle deelnemers een wapenvergunning hebben, wordt het parcours tijdens de wedstrijd bewaakt door gewapende jagers. Deelname blijft echter op eigen risico. Ga je mee naar dit avontuur? las ik dus ergens…

Het was toen zomer 2017 en mijn focus lag nog op Amsterdam Marathon. Hierna eerst wachten op nieuwe energie en uitbuiken van de decembermaand, maar ergens rond Blue Monday bleek dat de roep naar dit avontuur nog niet gedoofd was. Voorzichtig bereidde ik mijn omgeving voor op dit eventuele loopavontuur, waarbij al snel bleek dat zowel mijn levenspartner als mijn looppartner de roep van de wildernis ook hadden gehoord. Evelien verleidde daarna ook haar man en na het overmaken van enkele maandsalarissen kwam dan ook het besef: we gaan mee op avontuur! Althans, mits de reis door zou gaan… Er was namelijk een rechtstreekse chartervlucht gepland en die vliegen alleen als het loont. En daarvoor hadden ze nog wel flink wat extra aanmeldingen nodig. Voor ons eigen bestwil mochten we dus reclame gaan maken in ons netwerk. Dat leverde nog een Aaltense aanmelding op. Van alle Henk Lammers-en op de wereld bleek namelijk dat uitgerekend ónze Henk dit avontuur wel zag zitten. Na 32 marathons was hij wel een keer aan een uitdaging toe.

We zouden eerst niet speciaal gaan trainen en er t.z.t. een lekkere lange duurloop van maken. Zweet stroomt toch waar het niet gaan kan, dus de contractbespreking met de kersverse wedstrijdtrainer van AVA startte al spoedig. Gerben Duenk liep over van ideeën en zag ons als een gewillig koppel waar hij zijn experimenten veilig op kon uittesten. Coopertest bij -12°, wedstrijd bij +35°, ultrakorte duurloopjes, gesplitste duurlopen, dan vaste afstand en dan weer vaste tijdsduur, intervallen, tempoblokken en zelfs 1x per maand zowaar een rustdag. Het resultaat mocht er echter zijn. Fitter dan fit stonden we vrijdagmorgen 1 juni om 5:00 uur op Schiphol. Air Arctic-Marathon zou om 7:00 vertrekken, maar een hardnekkige grondmist hield de kist nog een tijdje aan de grond. Nu bleek acuut het debuut van de organisatie, want de paniek sloeg direct toe. Zonder uitzondering hadden alle 100 reisgenoten namelijk een kostbare excursie geboekt die middag en blijkbaar bood de planning geen marge. De lopers waren echter al met de dag van morgen bezig en lieten deze paniek gelaten langs glijden. De reis ging verder voorspoedig en het werd toch nog gezellig.

Svalbard Airport is normaal alleen via Noorwegen bereikbaar en dus vooral geschikt voor binnenlandse vluchten. De afhandeling van een buitenlandse vlucht veroorzaakte dan ook duidelijk merkbare stress bij het luchthavenpersoneel en de paspoortcontrole werd zelfs helemaal vergeten. Ons geluk, want hierdoor kon de Airport-shuttle ons nog net op tijd bij de excursieboot afzetten. De trossen waren al los. Het uitzicht tijdens het landen was al fenomenaal, maar nu werden we pas echt stil. De bootreis ging dwars door het grootste fjord van Spitsbergen, duurde 2,5 uur, ging langs niets en niemand en hield halt bij een gletsjer. Ik ga verder niet eens proberen om onze indrukken te omschrijven. Elk woord doet afbreuk aan de werkelijkheid. Het vaartuig bracht ons uiteindelijk naar Pyramiden. Een grote verlaten Russische mijnstad waar ooit meer dan 1000 mensen werkten en woonden, maar die rond de eeuwwisseling verlaten werd. Letterlijk verlaten, want alles is achtergebleven en intact gebleven. Hoewel het verval is aangevangen, ervaar je hier nog goed hoe hier vroeger geleefd en gewerkt werd. We werden rondgeleid en bewaakt door russen met geweren. De tour eindigde in een hotel dat nog deels intact was en waar we een Vodka dronken op de goede afloop.

Terug ging de boot vol gas en wij even in de sluimerstand. We waren al 18 uur wakker en de dag was nog lang niet aan het eind. In de haven stond de shuttle al ongeduldig te wachten. Deze bracht ons echter niet naar het hotel, maar naar de binnenlanden. Daar stond een 50-persoons pastapartytent waarin 100 man een plekje mocht zoeken. Met ook nog eens een gezamenlijk slaaptekort van 1000 uur verwacht je een veldslag, maar een uiterst smaakbare gezelligheid was het tegendeel. Vermoeid en melig belandden we uiteindelijk in een wedstrijdje dom lullen samen met Erben Wennemars. Om ±23:00 uur werden we weer door een bewapende escorte naar de shuttle begeleid en kon eindelijk de reis naar het hotel beginnen. De zon stond nog steeds hoog aan de hemel. Koffer uitpakken, loopkleding uitstallen, douchen, loopkleding checken, nummer opspelden, weersvoorspelling checken, extra thermo klaarleggen, schoenen klaarzetten en dan eindelijk naar bed. GELLETJES! Waar zijn de gelletjes! Zoeken, nadenken, zoeken. Ah, in de neus van de schoenen. Zodat ik ze zeker altijd terug zou vinden…. Eindelijk slapen.

Na een heerlijke midzomernachtrust in een top-hotel zaten we al vroeg aan het ontbijt. De wedstrijddag was begonnen. Het hele hotel zat vol met marathonlopers en dat merkte de keuken nu ook. Van het ontbijtbuffet werd namelijk nogal eenzijdig gepakt. Toch was er meer dan voldoende en stonden we even later buiten om aan te voelen wat de beste kledingkeuze was. Het voelde als een frisse zomermorgen die een warme dag voorspelde. We wisten echter al dat het zo de hele nacht al was geweest en dat we er toch maar rekening mee moesten houden dat het overdag echt niet warmer wordt. 5⁰ in de zon tegen de muur. Toch maar thermo en lange tights dus.

In Longyearbyen is alles op loopafstand en in een paar minuutjes liepen we naar de start. Het leek nog erg rustig, maar dat zou het ook blijven. Een streep op de grond, een paar pionnen en een vlag. Wel een speaker die vloeiend alle wereldtalen sprak en zelfs in het Nederlands bijna accentloos verstaanbaar was. De kledingkeuze was goed, want zelfs met extra trui was buiten wachten te koud. Binnen in de naastgelegen sporthal bleek het behaaglijk en gezellig en er was zowaar iets van een expo ingericht. De speaker probeerde de spanning op te bouwen door elke 5 minuten de tijd tot starten te noemen. Pas bij de laatste melding waagde de meute zich langzaamaan de kou in. Een bescheiden knal en 133 lopers vertrokken onder het applaus van enkele tientallen supporters.

De eerste kilometer was direct al een flinke klim, terwijl we nerveus het dal in keken waar het parcours zich uitstrekte. Het strakke schema die me naar de beoogde PR moest leiden ging direct de mist in. Na 5 km werd het parcours toch vlak en kon ik mijn tempo vast houden. Bij 15 km ging het echter weer heuvel op en dat zou ruim 5 km aanhouden. Bij de doorkomst van de halve marathon wist ik dat ik de PR kon vergeten. De tijd was niet eens slecht, maar we moesten dezelfde ronde nog een keer. Uit ervaring wist ik dat ik dan al snel een klein kwartiertje extra nodig heb. De plaatjes en informatie thuis op de website hadden me de indruk gegeven dat dit een redelijk vlakke marathon was op harde grond. “Minder dan 100 meter hoogteverschil”, beloofde de homepage. De webmaster is blijkbaar geen hardloper, want wij lezen dan “hoogtemeters”. Het hoogteverschil kregen we echter ruim 4x voor de kiezen waardoor er ruim 400 hoogtemeters ontstonden. De harde grond bleek voor meer dan de helft te bestaan uit grove gravel met plassen en sporen. Prachtig natuurlijk, maar niet geschikt om je PR mee aan te vallen. Dat liet ik dus ook maar snel los en gaf alle aandacht aan het imposante landschap. Ben je onder de poolcirkel gewend om tijdens een marathon alles op te drinken wat je te pakken krijgt, hierboven betekende dat onderweg 2 tergend lange plaspauzes.

Bij 35 km begon de helling naar de finish weer en ik was er volledig op voorbereid hier de man met de hamer aan te treffen. Dat was in elke marathon nog gebeurd. Hij stond er echter niet! Sterker nog, ik zat op kop van een groepje die me 1 voor 1 in de steek lieten totdat ik ze allemaal los had. Grof grind, modder, heuvel op en mijn tempo bleef hoog. Ik vergat van de omgeving te genieten en ging aan het rekenen. Zit die PR er nog in!? Tis krap, maar het moet kunnen… Gas d’r bij, dus. Laatste km is heuvelaf. Dat wordt beslist een snelle km en dan moet het kunnen lukken. Ik was alleen even vergeten dat na 41 km rennen ‘heuvelaf’ niet meer helpt. Stram tot in de oorlellen verbeet ik me naar beneden. Op de streep kwam ik 20 tellen te kort voor een PR. De plaspauzes waren per keer al minstens 40 seconden…

Maar wat was ik blij! En wat voelde dit als een PR! Geen verval en een zware trail-marathon in de tijd van Rotterdam en Amsterdam. In alles was dit mijn mooiste marathon ooit! Evelien was mij niet uit het zicht verloren en kwam vlak na mij over de finish. Henk kwam een uurtje later lachend en pijnloos binnen en dat was gezien al zijn blessureleed misschien nog wel mooiste prestatie van die dag. Na een heerlijk warm bad mochten we onszelf gaan belonen met een paar heerlijke frisse accijnsvrije poolbiertjes. De dag werd afgesloten met een mega-groepsdiner in het meest noordelijke restaurant ter wereld. Bijna alle deelnemers en supporters waren hierbij aanwezig. Na het toetje werd de zaal medal plaza. Onze eigen Evelien mocht zich melden bij de medailleceremonie en onder luid applaus werd ze gehuldigd als 3e in haar klasse. Klasse!

Nog high van de endorfine en om vooral maar zoveel mogelijk mee te maken tijdens deze unieke reis, begonnen we nog een kroegentocht. Met een paar biertjes is Engels praten easy en dat leverde mooie gesprekken op met locals. Die overigens vertelden dat er op Spitsbergen geen locals zijn. Er zijn daar geen geboortes en geen begrafenissen. Als je er wat te doen hebt, ben je welkom, maar hand op houden of rustig op je einde wachten is er niet bij. Dan ga je weer naar “het vaste land”. Ook op Spitsbergen gaan in de kroegen om 2:00 de lichten uit - of aan - maar daar merk je niets van. De zon stond nog steeds hoog aan de hemel. Nog even nagenieten van deze midzomernachtzonnestralen en toen toch maar naar bed.

Voordat we zondags huiswaarts moesten, stond ons nog een excursie te wachten. Anticiperend op de stramheid dachten we dat een sledehondentocht wel een gemoedelijke bezigheid zou zijn. Dat viel tegen. Alleen al bij het aantrekken van het poolpak kwamen veel pijnlijke herinneringen naar boven. Het enthousiasme van de vele tientallen husky’s is echter oorverdovend, zodat je al snel weer fanatiek meehelpt om de slee de steilste hellingen op te drukken. Een passender cooling-down kun je je toch niet voorstellen. Na 48 uurtjes in dit noordpoolgebied diende de reis naar huis zich al weer aan. Op Schiphol vallen we op doordat de hele groep in dikke winterjassen loopt terwijl het tegen de 30° is. De organisatie wordt door iedereen uitbundig bedankt en geprezen voor hun inzet. Ook zij hebben een topprestatie geleverd en zien duidelijk geen beren op de weg. En wij gelukkig ook niet.

Geen opmerkingen: