woensdag 16 januari 2019

AVA'70 trio loopt Taunus Medium Ultra

Af en toe is het best lastig lopen
Om te voorkomen dat een korte winterpauze in een complete winterslaap doorschiet plannen Henrie en ik vaak een wedstrijd begin januari. Dan heb je in ieder geval een stok achter de deur om toch je loopkloffie aan te trekken als het weer eens ’s avonds donker en regenachtig is. Vorig jaar deden Henrie en ik voor het eerst mee aan de Taunus Ultra, een kleinschalige van A naar B loop over de Taunus Hochstraβe. Het verslag hiervan kun je hier nog eens nalezen.

Dit jaar had organisator Bert met zijn vrouw Jessyca een ronde uitgedacht van 50 km of 70 km door het Taunus gebied. Start en finish bij een jeugdherberg, met een pizzeria op 500 meter loopafstand. Aanreizen op vrijdagmiddag, zaterdags lopen en dan zondagochtend na het ontbijt weer naar huis, en dat voor een klein prijsje. Naast Henrie en mijzelf ging ook Eric mee, die wilde graag zijn verst gelopen afstand naar boven bijstellen. We gingen voor de 70 km, voor mij ook een lange tijd geleden dat ik zo’n eind gelopen had.

Ouderwets stapelen met zijn allen
Na een vlot verlopen reis reden we het laatste stuk naar de jeugdherberg door de sneeuw, zou het dan toch winterser worden dan we gedacht hadden? Zoetjes aan kwamen er steeds meer lopers binnen, zelfs nog twee Nederlanders. Sjaak en Liesbeth zouden de 50 km lopen. We gingen met zijn allen naar de pizzeria, die daarmee ineens bijna vol zat. Een mooie manier om kennis te maken met de andere deelnemers, of even bij te kletsen met bekenden.

Er was verder niets te doen in de jeugdherberg (er was zelfs geen TV te vinden en Wifi-ontvangst was alleen in de centrale ruimte beschikbaar. Blij met 4G internet!). Tijd genoeg om de rugzak in te pakken en vooral de kledingstrategie goed door te nemen. Met een temperatuur van 2-4 graden in het dal, regen en mogelijk sneeuw moesten we natuurlijk ruim extra kledingstukken meenemen voor geval van nood. Mocht er wat gebeuren dan lag onderkoeling op de loer en het kon wel even duren voor je gered zou kunnen worden. De rugzak was dan ook zwaarder dan me lief was, maar beter mee verlegen dan om verlegen.

Na het ontbijt hadden we nog een korte briefing en daarna werden we op pad gestuurd. Geen linten, geen pijlen, de hele route zouden we zelf met onze GPS handheld moeten vinden. Precies wat we leuk vinden dus. Vol goede moed liepen we de sneeuw in en meteen een leuke klim op. We hadden met ons drietjes meteen onze plaats achteraan in het peloton gevonden.

Lange klimmen…
Na de eerste klim ging het een tijdje redelijk naar beneden. Mooie gelegenheid om in het rustige ritme te komen dat nodig zou zijn om deze klus te klaren. Na een eerste glijpartij op mijn billen waren we gewaarschuwd. Verder in het dal lag er gelukkig geen sneeuw meer, het was alleen wat modderig. Mijn koude natte achterwerk werd al snel weer warm door de eerste lange klim. Zulke lange klimmen vind je nergens in Nederland.

Ik was blij dat ik mijn stokken meegenomen had. Zo kon ik Henrie nog een beetje bijbenen, die is nl. een veel betere klimmer. Gespierde spijker Eric kon ook behoorlijk vlot omhoog met zijn gloednieuwe stokken en zo maakten we behoorlijk progressie. Voor vlaklanders dan, want bij de eerste verzorgingspost op 16 km bleken we alleen niet de laatste te zijn omdat twee andere deelnemers verkeerd gelopen waren. Lekker warme en mierzoete vruchtenthee, marsen, winegums, van alles lag er klaar om ons op krachten te houden. Ik stak een paar marsen in de zakken van mijn Fusion broek, lekker makkelijk te grijpen onderweg en smelten deden ze niet met dit weer.

Enthousiaste vrijwilligers
Halverwege verzorgingspost één en twee, net voor de lange klim naar de top van de Altkönig wisten we nog bij een Waldcafe een bak koffie en warme choco to go te regelen. Slurpend van onze lekkere warme drankjes liepen we de berg op. Maar de klim was wel zo lang dat de bekers al lang leeg waren voor we zelfs maar halverwege waren. Een beste klim was het, tot in de wolken. Het uitzicht bovenop was dan ook heel erg beperkt. In de zomer en bij mooi weer ongetwijfeld een enorme toeristentrekker. De redelijk steile en lange afdaling die er op volgde vroeg ook behoorlijk wat van de beenspieren. We waren blij dat VP2, op 36 km, in beeld kwam en dat we weer even bij konden tanken.

Na weer een supergoede verzorging door de vrijwilligers gingen we weer op pad, nu officieel als laatsten in koers. Het ging meteen weer steil omhoog het bos in en we raakten even het spoor bijster. Door wat bushwacking kwamen we weer op de route die de GPS aangaf. Na een mooie afdaling bleken we echter weer bij de plek te staan waar een uur eerder VP2 stond. We hadden de route wel gevonden, maar waren domweg de verkeerde kant op gelopen! Wat nu?

Nog een keer de route lopen zou minstens een uur, misschien wel anderhalf uur vertraging opleveren. En we zouden al laat binnen zijn en dus urenlang in het donker in de regen moeten lopen. We besloten daarom een alternatieve route te kiezen en daarmee het tijdverlies te beperken. Een route werd bedacht en vol goede moed vervolgden we onze tocht. Na een tijd lopen bleek de route die we bedacht hadden echter dwars over een bergrug heen te voeren, waar de oorspronkelijke route daar meer omheen draaide.

Af en toe best lastig lopen
Qua hoogtemeters kwamen we zeker niet tekort, we moesten af en toe even een heuvelruggetje dwars oversteken om de richting te houden en niet te veel uit koers te raken. De bestaande paden liepen allemaal de verkeerde kant op. Sporen van bosbouwvoertuigen die recht omhoog voerden bleken prima als pad te kunnen fungeren, afgezien van de vele takken, boomstronken en wortels die er dan lagen. Beter dan door de braamstruiken….

Uitzicht net iets meer dan nul
Met een telefoontje naar organisator Bert lieten we weten dat we VP 3 oversloegen en dat de vrijwilligers daar niet op ons hoefden te wachten in de regen die inmiddels niet meer ophield. Het werd een bijzonder avontuurlijke tocht en we vermaakten ons eigenlijk prima, maar we moesten nog regelmatig onze route aanpassen om weer een beetje in de richting te komen van de officiële route.

De benen begonnen wel behoorlijk stijf te worden van alle geklauter en ik voelde een paar blaren opkomen door de hele dag met natte voeten te lopen. In het dorpje Glashütten stopten we nog één keer bij een bankje. Even wat eten, nieuwe batterijen in de GPS en om de koplampjes op te zetten. Het werd inmiddels donker en het weer verslechterde. We waren niet erg rouwig om het feit dat we de route iets afgekort hadden. Anders hadden we nog een paar uur door de natte sneeuw kunnen lopen die nu begon te vallen.

Donker en nat op de laatste klim
De laatste klim was de beroemde Groβer Feldberg, het hoogste punt in de regio. Een vervelend steile klim van ruim anderhalve kilometer door de natte slush, met natte sneeuw die in je gezicht vloog en ook nog eens mist die het licht van je lichtbundel verspreidde tot een lichtvlek voor je gezicht. Een echte uitdaging dus. En eenmaal bovenaan was het niet lekker met een eindsprint naar de finish… nee, met je zere bovenbenen mocht je ook nog eens via de glibberige skihelling naar beneden. En dan, eindelijk na 10 uur en bijna 60 km lopen, met daarin bijna 2000 meter klimmen waren we binnen. De klus zat er op! We hadden weliswaar een soort van medium loop gedaan door precies tussen de 50 en de 70 km uit te komen, maar we waren er blij mee.

Een hartelijk ontvangst door Bert en Jessyca was ons deel en een heerlijk warme douche zorgde er voor dat we ons weer mens voelden. Her en der druppelden nog deelnemers binnen die wel de 70 gelopen hadden, sommigen hadden zelfs 80 km gehaald door ook fout te lopen. Ook de 50 km lopers die binnenkwamen hadden diverse afstanden op hun horloge staan. De omstandigheden waren blijkbaar redelijk gunstig om aan het dwalen te komen. Maar niemand die zich er over beklaagde, sterker nog, het leek meer iets om trots op te zijn.

Op de top even weer een reepje pakken
Je wist immers voor de start waar je aan begon. Verkeerd lopen is eigen schuld, een oplossing zoeken is je eigen verantwoording. Soms betekent dat meer kilometers en soms minder. Toch maakte de organisatie zich wel zorgen toen wij terugkwamen van de pizzeria en er alleen nog twee Holländer onderweg waren. Gelukkig waren het ervaren rotten die uiteindelijk ook zonder kleerscheuren bij de finish kwamen.

Na het ontbijt de volgende ochtend reden we door de stromende regen weer naar de Achterhoek. Het was nog slechter weer dan de dag er voor. Toch nog enigszins geluk gehad met het weer dus. Stijf en stram, maar vol mooie herinneringen en sterke verhalen keerden we huiswaarts. Op naar het volgende evenement.

Geen opmerkingen: