donderdag 10 augustus 2017

Column: Erwin’s zin en onzin - deel 179

Sandra Wassink uit Meddo werd eerste bij de dames tijdens de Bergrun van Archeus Winterswijk. Dat deed ze in een tijd van 33.39 minuten. (foto Roel Kleinpenning)
Koopman Bergrun in Winterswijk: gehaat of geliefd? Loodzware wedstrijd op voormalige vuilnisbelt

Zwoegen, ploeteren en afzien van de eerste tot de laatste meter. Een gevecht tegen de elementen dat maar zelden gewonnen wordt. Een te snelle start wordt keihard afgestraft en bij iedere andere fout komt men terecht in een regelrechte hardloophel. Als de atleet überhaupt de finish bereikt is dat nooit zonder slag of stoot.

Het is zondagochtend. De hele Achterhoek lijkt nog in ruste. De zon schijnt al volop en er is geen vuiltje aan de lucht. Op de oude vuilnisbult in WInterswijk is het drukker dan normaal. Dit keer geen natuurliefhebbers of gecamoufleerde vogelspotters met een verrekijker in de aanslag, nee, het zijn sportievelingen gehuld in hardloopkleding. Eenmaal per jaar is de oude vuilnisbult, onder hardlopers ook wel bekend als de Tafelberg, het decor van een hardloopwedstrijdje en wat voor één…

De Koopman Bergrun is een roemruchte klassieker die al sinds 2003 op de hardloopkalender staat. Het aantal atleten dat een haat-liefdeverhouding heeft met deze bergloop is niet op twee handen te tellen. Hij wordt gevreesd, verafschuwd en vervloekt maar anderzijds is de populariteit van de wedstrijd groter dan ooit.

Als het startschot klinkt duiken de atleten direct de afzin in. In hoogtempo wordt het eerste deel van de ronde afgelegd. Als er voor het eerst geklommen moet worden, veranderen de gelaatsuitdrukkingen. Er wordt stevig op de lip gebeten en menig tong gaat richting de schoen. De ademhaling is duidelijk hoorbaar en de eerste roggels vliegen in het rond. De atleten die de langste afstand (7,6 km) lopen hebben het voorrecht om vijf keer deze puist te bedwingen, dit tot groot genoegen van het massaal toegestroomde publiek. De hardloper, die zich normaal gesproken fixeert op een eindtijd is op de vuilnisbult maar met één ding bezig; heelhuids de finish halen.

Na het passeren van de finishlijn, zakken de atleten als plumpuddingen in elkaar. Er wordt gesnakt naar adem en het aangereikte flesje water wordt gretig in ontvangst genomen. Als de laatste atleet zijn of haar wedstrijd heeft voltooid, is het slechts een kwestie van tijd voordat de rust is wedergekeerd op de Tafelberg. Niet doet vermoeden dat hier in de ochtend een keiharde sportieve strijd heeft plaatsgevonden. Sporadisch duikt er weer een natuurliefhebber op of een gecamoufleerde vogelspotter met zijn verrekijker in de aanslag. (bron)

1 opmerking:

Harry zei

Je moet hem zelf gelopen hebben, maar hoe herkenbaar! En dan is er achteraf toch ook de euforie over het weer behalen van de finishlijn natuurlijk