Haal meer rendement uit je training |
Hieronder volgen zeven tips:
1.Varieer
de intensiteit en combineer deze over
meerdere weken
Je hardloopconditie wordt
bepaald door twee zaken: de combinatie van afstand en intensiteit en de mate
waarin je jezelf uitdaagt bij je zwaarste inspanning. Vanwege dit laatste is
het beter om intensieve en minder intensieve trainingslopen af te wisselen. Een
week waarin je lichaam en geest bij elke training op dezelfde manier en met
dezelfde intensiteit worden uitgedaagd, brengt je niet verder.
Wanneer je dit als
uitgangspunt neemt en je zoekt naar een juiste balans, zou een twee weekse
cyclus met zes trainingsmomenten twee uitgangspunten kunnen hebben:
1. je wisselt harde intensieve
trainingen af met lichte relatief eenvoudige trainingen;
2. je varieert binnen de drie
harde intensieve trainingen: een keer kort en snel, een keer een iets langere
afstand met een gemiddelde snelheid en en een keer een lange duurloop.
2.Zorg
voor continuïteit
Conditie bouw je geleidelijk
op over een langere periode. Wie een jaar lang regelmatig zonder onderbreking
traint, start het jaar erop met een betere conditie. Wanneer je echter een
poosje nalaat om te trainen, ben je al snel weer terug bij af. Dit weet
iedereen, die hardloopt. Toch trappen velen van ons steeds weer in dezelfde
valkuil. Met als gevolg dat we elk jaar opnieuw moeten beginnen en meestal niet
verder komen, dan het jaar ervoor.
Natuurlijk kun je niet het
hele jaar op dezelfde manier en met dezelfde intensiteit trainen. Je kunt er
echter wel voor kiezen om een minimaal onderhoudsniveau aan training aan te
houden. Ook als je niet toewerkt naar een belangrijke loop. Dat heeft twee
voordelen: het zorgt ervoor dat je geestelijk en lichamelijk fit blijft en het
zorgt ervoor dat je niet steeds opnieuw terugvalt maar in plaats daarvan je
conditie elk jaar een beetje verbetert.
3.Varieer
de intensiteit ook binnen de week
Bij tip 1 hebben we het belang
gezien om met intensiteit te variëren binnen een twee wekelijkse cyclus.. Het
belang van afwisseling geldt ook als we kijken naar de belasting in
trainingsafstand per week. Daarbij is het altijd goed om de cyclus te beginnen
met een week, waarin de trainingsafstand weliswaar uitdagend is, maar niet te.
In de tweede week kan die afstand dan geleidelijk iets toenemen, maar ook weer
niet te.
Vervolgens hangt het af of je
een beginnend of ervaren loper bent. In het laatste geval kun je de trainingsafstand
in de derde week opnieuw geleidelijk verhogen en in de vierde week kiezen
voor een kortere afstand dan in week 1
om zo te herstellen. In het eerste geval kun je de ‘herstelweek’ al na twee
weken invoeren.
4.Ren
regelmatig over heuvels
Om meer rendement uit je
training te halen, is het goed om elke week minimaal één keer een heuvel of
brug op- en af rennen op te nemen in je hardlooptraining. Je haalt namelijk
meer rendement uit een training over dezelfde afstand op een heuvelachtig terrein
dan op een vlak parcours. Bovendien zorgt een heuvel of brug op rennen ervoor
dat je benen sterker worden en dat je zuurstofopname verbetert. Een heuvel of
brug af rennen is goed voor de stijfheid van je benen en voor je ‘running
economy’, de hoeveelheid energie die je gebruikt bij een bepaalde snelheid.
5.Sprint!
De vijfde tip is kort maar krachtig:
sprint! Wie traint om langere afstanden zo goed mogelijk af te leggen, sprint
bijna nooit. Het lijken wel gescheiden werelden: de sprint- en de
duurloopwereld. Toch zou het ook voor een duurloper goed zijn om sprint in zijn
training op te nemen. Je loopt dan namelijk hard op het maximum van je kunnen.
En dat is goed voor je ‘running economy’ (zie tip 4). Bovendien is het leuk.
Je reageert misschien
sceptisch, maar probeer het toch maar. Al snel zul je merken, dat als je elke
week een paar keer tien seconden voluit sprint, dat je daar ook in je duurloop
profijt van hebt!
6.Spring!
Het heet met een duur woord
‘plyometrie’, het kort verlengen van je spieren om daarna een grotere
inspanning mogelijk te maken. We kennen het allemaal: je buigt je knieën om daarna hoog te springen. Dit principe werkt
ook bij hardlopen. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat het opnemen van
sprongoefeningen in je trainingsprogramma ervoor zorgt dat je ‘running economy’
verbetert, evenals uiteindelijk je raceprestaties.
Bij ‘springen’ geldt hetzelfde
als bij ‘sprinten’: zorg ervoor dat je het standaard opneemt in je
trainingsprogramma en je zult verstelt staan van de vooruitgang bij het
duurlopen die het je oplevert!
7.Verbeter
je core-stability
Veel duurlopers werken al
regelmatig aan hun core-stability. Dat doen ze omdat ze ervan overtuigd zijn
dat ze zo hun kans op blessures verkleinen. Dat is echter nooit bewezen. Toch
is er wel een andere reden om het te doen. Een reden, die wel is onderzocht en
bewezen: het verbeteren van je core-stabilty verbetert je ‘running economy’ en
het verbetert je prestaties.
Hoe dat werkt? De oefeningen
zorgen ervoor dat je lichaam soepeler en stabieler wordt, waardoor je lichaam
minder energie uitstoot richting de omgeving. Neem er dus een paar keer per
week de tijd voor om de oefeningen te doen. Het kost weinig moeite en kan zelfs
als je naar de tv kijkt. (bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten