donderdag 1 oktober 2020

Waarom je niet te grote passen tijdens het hardlopen moet maken

Hoe staat het ervoor met jouw looptechniek? Is jouw pasfrequentie goed of doe jij aan overstriding? Zo kom je erachter:
Of je wel of niet lekker loopt hangt niet alleen af van het soort schoenen dat je draagt, ook jouw looptechniek heeft invloed op jouw run. Sommige lopers maken van nature hele grote passen en hebben een relatief lage pasfrequentie. Hoe kom je erachter of jij te grote passen maakt tijdens het hardlopen? Doe jij aan overstriding? 

Looptechniek belangrijker dan de schoenen?

De keuze voor je loopschoenen, met veel of weinig zool, is het meest besproken onderwerp van de afgelopen jaren in de loopsport. Toch lost die keuze niet het probleem van veel loopblessures op. Vriend en vijand zijn het erover eens dat je looptechniek veel belangrijker is dan je schoenen. En ook dat veel lopers zich al voortbewegen met de voor hen gunstigste – hoewel soms afgrijselijke – looptechniek. ‘Je wint hooguit twee tot vier procent met een betere techniek’, zegt oud-topper Pete Pfitzinger, ‘en kunt meestal veel meer winst halen uit je training.’ Op korte termijn gaan veel lopers bij techniekveranderingen juist minder economisch lopen. 

Ga voor een sneller loopritme
Twee techniekkwesties kunnen je wel snel winst opleveren en je kunt ze in een klap aanpakken. Een sneller loopritme van bij voorkeur 170-180 passen per minuut kost de meeste lopers minder energie en levert meer snelheid op. 

Dit is overstriding
Het tweede aspect is een fout die veel voorkomt en die we alleen kennen van de Amerikaanse term: overstriding. Overstriding is dat je tijdens het hardlopen geniegd bent om te grote passen te maken. Daardoor land je stevig op je hielen en met de voet zo ver voor je lichaamszwaartepunt, dat je jezelf afremt. En dat wil je niet. 

Zo weet je of je te grote passen zet met hardlopen
Hoe herken je overstriding? Laat jezelf van opzij en van voren filmen, op snelheden die aanzienlijk verschillen. Bekijk de verschillen goed. Laat je ook van voren filmen. Als er tijdens de landing, tussen de neus van je schoen en de grond, 10 tot 15 centimeter ruimte is, ben je verkeerd bezig. Je landt dan ver aan de achterkant van je hak. Een kortere pas, makkelijk haalbaar met een hoger pasritme, zal dat probleem vanzelf oplossen. Je gewicht verplaatst zich dan verder naar je midden- of zelfs voorvoet wat het hardlopen makkelijker zal maken. Doordat je niet ver aan de achterkant van je hak landt, zal je jezelf namelijk minder heftig afremmen en kan je gemakkelijk afrollen - op naar de volgende pas! (bron)

Geen opmerkingen: